Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
grote witte bonen, ook boerenteen genoemd, wetenschappelijke naam Phaseolus vulgaris
Letterlijke vertaling: bonen van genot, bonen om van te genieten
VMNW: ghenoechte, genuchte: Oudste attestatie: Brabant-West, 1265-1270
MNW: genuechte, genuchte, genoechte: ndl. slechts bewaard in den vorm geneugt(e). Kil. ghenoegte: genoegen, vermaak, tevredenheid, genoegzame voorraad, toereikende maat.
WNT: genugte, genuchte: genot, vreugde, welgevallen. Thans alleen nog in den hoogeren, vooral in dichterlijken stijl.
Geneugte en genugte zijn nauw verwant maar in oorsprong niet geheel hetzelfde.
zie ook genuchten, bonen van
“Vader was het sterkst in het telen van bonen. De z.g. ‘boerentenen’ of ‘bonen van genuchten’, waren zijn specialiteit. Niemand kon dat beter dan hij.” (http://users.skynet.be/jef.vermeiren/18-40.html)
grote witte bonen, ook boerenteen, pronkboon genoemd; het zijn de zaden van een pronkboonsoort
wetenschappelijke naam: Phaseolus coccineus
< Boonen van genuchten zijn ‘een soort van groote boonen, wit of gekleurd, die overvloedig bloeien, maar in evenredigheid niet veel opbrengen. Vandaar de rijmspreuk: Boonen van genuchten: Veel bloemen, maar weinig vruchten’ (P.J. Cornelissen en J.-B. Vervliet, Idioticon van het Antwerpsch (1899))
< genuchte is een spellingsvariant van genugte en betekende genot, genoegen, vreugde (WNT)
zie ook bonen van genuchten
“… in het proper tuintje stonden aangename geuren van boonen van genuchten.” (Felix Timmermans, Het Kindeken Jezus in Vlaanderen (1917))
" … ik plant de helft snijbonen en de andere helft dikke soepbonen hier worden ze bonen van geneugten genoemd, in het begin is het nodig de boonranken te begeleiden, kloksgewijs rond de koorden draaien." (tuinadvies.be – gepost door iemand uit Mol)
grote witte bonen, ook boerenteen, pronkboon genoemd; het zijn de zaden van een pronkboonsoort
wetenschappelijke naam: Phaseolus coccineus
< Boonen van genuchten zijn ‘een soort van groote boonen, wit of gekleurd, die overvloedig bloeien, maar in evenredigheid niet veel opbrengen. Vandaar de rijmspreuk: Boonen van genuchten: Veel bloemen, maar weinig vruchten’ (P.J. Cornelissen en J.-B. Vervliet, Idioticon van het Antwerpsch (1899))
< genuchte is een spellingsvariant van genugte en betekende genot, genoegen, vreugde (WNT)
zie ook bonen van genuchten
“… in het proper tuintje stonden aangename geuren van boonen van genuchten.” (Felix Timmermans, Het Kindeken Jezus in Vlaanderen (1917))
grote witte boon, reuzenboon
WNT: boerenteen: in West-Vlaanderen nog boerntee (wvl. ~teen). Uit Boer en Teen (Tee).
In West- en Oost-Vlaanderen, Zuid-Brabant en de Neder-Betuwe de gewone volksnaam voor de boerenboon (schuerm., Bijv. 1883; de bo 1873; rutten 1890).
Lekker, tomatensoep met boerentenen.
bijnaam van een Aalstenaar
uitspraak: A jo-an.
< De oorsprong van de spotnaam ajuinen ligt in de 19de eeuw, toen in Aalst en omstreken de uienteelt enorm floreerde. ( …)
Maar meer dan een eeuw na het ontstaan van de spotnaam is er natuurlijk al heel wat veranderd. De jongere generaties hebben nauwelijks weet van de ooit zo bloeiende ajuinenteelt in Aalst en omgeving, de vele ajuinvelden zijn al decennia lang verdwenen. Dit had tot gevolg dat de jongere generatie – binnen de eigen leefwereld- zelf op zoek begon te gaan naar een mogelijke verklaring voor de bijnaam. Op die manier is naast de etymologische verklaring van de bijnaam een andere versie beginnen ontstaan die nog steeds vaak doorverteld wordt. De spotnaam ajuinen zou volgens deze jongste interpretatie niet door de overvloedige uienteelt van vroeger te verklaren zijn, maar veeleer teruggaan op een eigenaardigheid van het Aalsters dialect. Ajuin zou afkomstig zijn van het bevestigend antwoord “ha, ja hij”, wat hetzelfde klinkt als de dialectische uitspraak van het zelfstandig naamwoord ajuin. (vvaalst.be)
Van Dale 2015 online: BE
zie ook Belgische bijnamen van inwoners
Hei hij da gedoan? Ajoan.
Heeft hij dat gedaan? Awel ja.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.