Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    sloef
    (zn. m.; ~en)

    sportschoeisel: bv. basketsloef; turnsloef; loopsloef; tennissloef

    vnw: gymschoen

    zie ook verzamellemma kledij

    nieuwsblad.be: Een ander soort verantwoord schoeisel is de trendy tennissloef.

    > andere betekenis van sloef

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 21 Mar 2025 10:54
    0 reactie(s)

    sloef, onder de ~ liggen
    (uitdr.)

    onder de plak zitten, de mindere zijn in een relatie, zich laten doen
    zie ook pannebruinder

    vnw: onder de sloef liggen, onder de plak zitten

    Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands

    Karel ligt thuis onder de sloef.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 21 Mar 2025 10:51
    0 reactie(s)

    sloef
    (zn. m.; ~en)

    sportschoeisel: bv. turnsloef; loopsloef; tennissloef

    vnw: gymschoen

    zie ook verzamellemma kledij

    nieuwsblad.be: Een ander soort verantwoord schoeisel is de trendy tennissloef.

    > andere betekenis van sloef

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 21 Mar 2025 10:50
    0 reactie(s)

    sloef
    (de ~ (m.), ~en)

    pantoffel

    vnw: pantoffel, slof

    DS2015 standaardtaal

    opm: zowel sloef als pantoffel kunnen ook voor sportschoeisel gebruikt worden: turnsloef; turnpantoffel

    zie ook sloefkes; sloef, op zijn ~en afkomen; verzamellemma kledij

    Mijn nieuwe sloefen hebben een schoon geruit motiefke.

    > andere betekenis van sloef

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 21 Mar 2025 10:50
    1 reactie(s)

    sleet op iets
    (uitdr.)

    er is slijtage aan, iets begint te slijten; iets werkt niet meer naar behoren; iets sputtert

    vnw: er komt sleet op: het gaat slijten

    er zit/komt sleet op

    vgl. sleet

    Er zit sleet op het klassieke vastgoedmodel: ‘Met een kale inkomhal red je het niet meer’. (trends.knack.be)

    “Er zit sleet op de regering, er is metaalmoeheid. En wel bij alle coalitiepartners.” (vrt.be)

    Niet sluiten? Maar onze kerncentrales worden ouder. Er komt sleet op. (vrt.be)

    Vanaf de jaren negentig ging het bergaf. Er zat sleet op de formule. Op 8 mei 2001 volgde het eerste faillissement, dat een financiƫle put sloeg (demorgen.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 21 Mar 2025 10:48
    3 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.