Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    oplekken
    (ww., lekte op, opgelekt)

    oplikken, likken van iets tot het volledig op is

    Antw. en Lier: oplakken

    vgl. lekken

    Hij heeft zijn kreim helemaal opgelekt.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door Georges Grootjans op 05 Aug 2023 06:45
    0 reactie(s)

    aflekken
    (ww. lekte af, afgelekt)

    1) aflikken
    2) afkussen

    in Antwerpen aflakken

    zie ook duimen en vingers aflekken

    vgl. lekken

    1) Dat eten was zo lekker, dat ge uw vingers zou aflekken.

    2) Dat jong verliefd koppeltje staat, achter de hoek, in een lieve knuffel mekander af te lekken.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 05 Aug 2023 06:45
    0 reactie(s)

    lekken
    (ww. lekte, heeft gelekt)

    likken, zie ook aflekken
    zn.: lek (m.)

    vnw: likken, oplikken

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: voorkomende bijvorm van Likken, die in N.-Nederl., althans tegenwoordig, alleen in meer of min ongemeenen stijl voorkomt, maar in Z.-Nederl. de gewone vorm is.

    in Antw en delen van de Kempen: lakken

    zie ook aflekken, oplekken

    Ons poes lekt van haar kommeke melk.

    De hond lakt aan zijn gezicht. (Antw.)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 05 Aug 2023 06:45
    1 reactie(s)

    leken
    (ww)

    Andere vorm van lekken. Dit dan in de betekenis van niet afdichten. Wordt ook gebruikt om aan te duiden dat er bijvoorbeeld teveel verf gebruikt is en dat het dan een beetje afdruipt.

    vnw: druppelen, druipen, lekken

    Die krane is al een week aan het leken.
    Kan jij niet schilderen zonder te leken?

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 05 Aug 2023 06:41
    0 reactie(s)

    lek
    (zn. m. -ken)

    een kleine hoeveelheid vloeistof;
    zie ook klad, klas, klets

    vnw:
    •lik, druppel, kleine hoeveelheid
    •borrel

    Cornelissen P.J., & Vervliet J.B. (1899-1903). Idioticon van het Antwerpsch Dialect (Stad Antwerpen en Antwerpsche Kempen).
    Lek: Druppel, Frans goutte. Daar hangt ’ne lek bier aan de kraan.
    Wordt ook gebruikt in den zin van eene kleine hoeveelheid vloeistof. Daar is geene lek bier meer op ’t vat. Schenkt mij nog e leksken koffie in.

    Van Dale 2014 gewestelijk, druppel

    Geef mij is een lekske water.

    Wij hebben de laatse tijd geen lek regen gezien!

    Er zat geen lek naft meer in de naftbak.

    Oei, ik heb een lekske verf gesmost (smossen).

    > andere betekenissen van lek

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Georges Grootjans op 05 Aug 2023 06:40
    7 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.