Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek.
Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed
waterige ogen bij een verkoudheid, allergie of ziekte
waarbij het water in de ogen blijft en de ogen niet tranen
meestal mv.
VD online: tranend oog
Gij hebt precies een valling want ge hebt waterogen.
Oei, wat een waterogen, gij gaat ziek worden.
tranen in de ogen krijgen, lichtjes wenen
meestal door geëmotioneerdheid
De Paul heeft een klein hartje: als hij een triestige film ziet begint hij al te waterogen.
“Pauw, jongen, schei uit; gy zoudt eenen steen doen wateroogen. Waer haelt gy toch de woorden?” H. Conscience, Geluk (1855).
- tranen in de ogen krijgen, lichtjes wenen door geëmotioneerdheid
- waterige ogen bij een verkoudheid, allergie of ziekte
De Paul heeft een klein hartje: als hij een triestige film ziet begint hij al te waterogen.
“Pauw, jongen, schei uit; gy zoudt eenen steen doen wateroogen. Waer haelt gy toch de woorden?” H. Conscience, Geluk (1855).
Gij hebt precies een valling want ge hebt waterogen.
Oei wat een waterogen, gij gaat ziek worden.
notenbolster, de groene bast van een noot, pel van een (okker)noot.
synoniem: slosse
WNT: Sloestere, sloester, sloesteren, sloesteringhe: Bolster van een noot. Bast, dop, schil, vooral bolster van eene noot. In Zuid-Nederland
> Mnl. sloestere. Het woord is wellicht één in oorsprong met ndl. snuisterij. Kil. en Plant. geven naast “sloester” ook een vorm “snoester”.
- Ghelijckmen die bitter sloesteren Met suyker confeyt, houwaert, Lusth. d. M. 1, 136 (1582)
- Gij neemt de sloester voor de pit; Komt hier, en leert, eer gij wilt schrijven, Wat in het hart der Belgen zit, j. v. rijswijck 1, 272.
- Die groen schorsse oft sloesteringhe van noten, Receptenb.2 9. (Een nieu playsant hoofken van recepten. Thantwerpen, Jan Roelants, 1551. 8° (39 bll.).
BEVEREN. Het nieuwe groot complex aan het OCMW zal drie namen krijgen. De Notelaar blijft voor het rusthuis maar er komen voor andere afdelingen dan nog twee namen bij: Notelarenhof en Sloester. Er werd dan nog eens gezocht in het dialect welke woorden er bestonden rond ‘notelaar en even kwamen ook de ’klippel’ en ‘klippelaar’ in beeld, woorden die gezegd worden bij het uit de boom slaan van noten. Maar deze woorden werden wat te agressief gevonden. En zo kwam het OCMW-bestuur bij ‘sloester’ terecht gekomen en werd dan toch de knoop doorgehakt en het werd ‘De Sloester’, een Bevers-Melseels dialectwoord voor bolster. (Waaskrant.be)
Ache die nooten u:t ulder sloesters düt, si doaër krijchde vu:l â:nde va zi.’ (Als ge die noten uit hun bolsters doet, zie daar krijgt ge vuil handen van, zie)
Zakdoek.
Ongeveer zoals het Haspengouwse maalplag, maar dan met een k.
Hebste geine maalplak?
zakdoek
< maal + plag
uitspraak: mao(l)plag
zie ook maalplak
Pas op, ge laat uwe maalplag vallen!
tranen in de ogen krijgen, lichtjes wenen
De Paul heeft een klein hartje: als hij een triestige film ziet begint hij al te waterogen.
“Pauw, jongen, schei uit; gy zoudt eenen steen doen wateroogen. Waer haelt gy toch de woorden?” H. Conscience, Geluk (1855).
zakdoek
Pas op, ge laat uwe maalplag vallen! (lokale uitspraak: mao(l)plag)
Zakdoek. Ongeveer zoals het Haspengouwse maalplag, maar dan met een k.
Hebste geine maalplak?
(bastaardvloek) verdomme, doeme
Doemme toch hé! Met dat klassen altijd heeft em een plek gemaakt just op die schoon nief cravat!
uitspreken in de zin van ten einde spreken
“Zij doet zoveel voor me, maar die kan alles zo rekken en doen in haar verhalen dat ik er zenuwachtig van wordt, ne mens laten uitklappen kan ze ook al moeilijk en normaal kan ik me lang genoeg inhouden, maar nu dus niet meer, dus das sneller nen hap en ne knap…” (http://www.baby.be/)
“Pfff, man man, op vijf minuten waren we uitgeklapt… en weg waren ze! Tja, mijn een zorg, ieder zijn mening zeker.” (aroundtheglobe)
Zijt ge uitgeklapt, ja? Awel, dan zal ik mijn gedacht eens zeggen… Awel… toemme, nu ben ik het vergeten, se…
weggaan
vooral in de gebiedende wijs: stap het af! (ga weg)
Ik stap het hier af!
Het goed kunnen uitleggen.
Niet alleen in het Maasland, ook in de Mijnstreek en de Kempen gebruikt men dit woord.
Staat ge weer te muilen? Ge hebt nog niet gezwegen.
(dialect: stees te wier te moelen? de hebs nog nie gezwege.)
Zakdoek. Ongeveer zoals het Haspengouwse maalplag, maar dan met een k.
Hebste geine maalplak?
rokkostuum, pinguïnkostuum, kostuumvest met uitlopende punten
synoniemen: pitteleer, billekletser, kontenkletser, kontekletser
< etymologie: Frans, 18e eeuw: pet-en-l’air = letterlijk: wind in de lucht. De pet-en l’air was een damesvestje tot onder de poep.
Voor de Karel zijn trouw moesten we allemaal in pitteleir komen.
Het goed kunnen uitleggen. Niet alleen in het Maasland, ook in de Mijnstreek en de Kempen gebruikt men dit woord
Staat ge weer te muilen? Ge hebt nog niet gezwegen.
(dialect: stees te wier te moelen? de hebs nog nie gezwege.)
Het goed kunnen uitleggen. Niet alleen in het Maasland, ook de Mijnstreek en de Kempen gebruikt dit woord
Staat ge weer te muilen? Ge hebt nog niet gezwegen.
(dialect: stees te wier te moelen? de hebs nog nie gezwege.)
rokkostuum, jas met zwaluwstaart,
zie synoniemen bij pitteleir
De begrafenisondernemer draagt een kontenkletser.
rok, jas met zwaluwstaart
zie synoniemen bij pitteleir;
niet te verwarren met billenkletser
De dirigent liet de panden van zijne billekletser zwaaien, toen hij voor het publiek applaus boog.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.