naftepomp

naftepomp

(de ~ (v.), ~en)

benzinepomp (of bij uitbreiding ook het gehele tankstation)

uitspr.: ‘naftepoempe’

< ‘nafte’ + ‘pomp’

in Antwerpen naftstation

440

den overgang o > oe, komt dieje dikwijls voor in t Wvls?

@Grytolle. Ja, maar ik kan niet meteen beantwoorden welk systeem er juist achter zit (fonetisch of etymologisch). Ik denk dat de ‘oe’ in dit geval origineel is, en het AN er dus een korte o van heeft gemaakt.

• Sommige korte o’s blijven gewoon korte o (pot, kot, kort, los, grof, bol, mol, rok, sokke, grotte, etc…)
• Bij andere heb je o > u (noemt men blijkbaar ‘spontane palatalisatie’, met daarnaast ook oo > eu), waarvan sommige vormen ook tot in het Oost-Vlaams (en sporadisch ook verder?) zijn doorgedrongen. Bv. zunne, puppe, dunder, mussel, bus, bubbel, nunne (vgl. deze ook met het Eng. sun, puppet, thunder, mussel, bush, bubble, nun). Hier is de o dus origineel, en is er in WVl. wat anders van gemaakt.
• En soms heb je dus o > oe. Bv. groend, poempe, oend (hond), doenker, koente, roend, boenken, boent, oender (onder), oenger (honger), loenge, toenge, droenke, joeng, joengen, boend, etc… Vooral voor nd, nt, ng, nk, mp blijkbaar ;) Ik heb de indruk dat het hier iets is dat van vroeger overblijft, en dat het dus eerder het AN is dat van oe > o is gegaan, want vergelijk die woorden maar eens met de middelnederlandse woordjes of de germaanse (duitse) woordjes zoals Hund, rund, dunkel, jung, Bund, Pumpe, Grund, etc…