Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    broes

    De beschrijving van deze term werd 7 keer aangepast.

    Versie 7

    broes
    (het/de ~ (m.), geen mv.)

    schuim, meestal op de mond of van gekookte of bedorven vloeistoffen
    zie ook: broem, brom

    ook in Antwerpen ‘broes’, maar daar is het woord mannelijk

    Herenthout: proes (niet te verwarren met proes als poepgelei)

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Broes
    In verschillende gewesten: Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, Overijsel, Groningen, en ook wel in Holland
    bekend voor: Schuim, meestal dat op den mond van razende menschen of dieren, doch ook wel dat op ”verschgetond” bier, soep en andere (gekookte) vloeibare spijzen of op stilstaand water (Schuerm. (1865-1870); Cornelissen;
    In denzelfden zin ook broesem of brösem (Overijsel, Groningen, West-Vlaanderen: Molema).

    “Op sommige stilstaande waters leet er ’ne vuilen broes.” Cornelissen 1899

    Het broes stond op zijn lippen, zo colèrig was hij.

    Het broes op de soep leeft en het broes in de gracht stinkt.

    Houd de gelei goed in ’t oog en schep op tijd de proes eraf.

    Vers kieken moet ge eerst goe wassen voor dat ge er bouillon van maakt, anders krijgt ge vieze proes op de soep.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 23:39
    0 reactie(s)

    Versie 6

    broes
    (het/de ~ (m.), geen mv.)

    schuim, meestal op de mond of van gekookte of bedorven vloeistoffen
    zie ook: broem, brom

    ook in Antwerpen ‘broes’, maar daar is het woord mannelijk

    Herenthout: proes (niet te verwarren met proes als poepgelei)

    WNT: Broes
    In verschillende gewesten: Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, Overijsel, Groningen, en ook wel in Holland
    bekend voor: Schuim, meestal dat op den mond van razende menschen of dieren, doch ook wel dat op ”verschgetond” bier, soep en andere (gekookte) vloeibare spijzen of op stilstaand water (Schuerm. (1865-1870); Cornelissen;
    In denzelfden zin ook broesem of brösem (Overijsel, Groningen, West-Vlaanderen: Molema).

    “Op sommige stilstaande waters leet er ’ne vuilen broes.” Cornelissen 1899

    Het broes stond op zijn lippen, zo colèrig was hij.

    Het broes op de soep leeft en het broes in de gracht stinkt.

    Houd de gelei goed in ’t oog en schep op tijd de proes eraf.

    Vers kieken moet ge eerst goe wassen voor dat ge er bouillon van maakt, anders krijgt ge vieze proes op de soep.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 17 Aug 2013 17:04
    0 reactie(s)

    Versie 5

    broes
    (het/de ~ (m.), geen mv.)

    schuim, meestal op de mond of van gekookte of bedorven vloeistoffen
    zie ook: broem, brom

    ook in Antwerpen ‘broes’, maar daar is het woord mannelijk

    Herenthout: proes (niet te verwarren met proes als poepgelei)

    WNT: Broes
    In verschillende gewesten: Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, Overijsel, Groningen, en ook wel in Holland
    bekend voor: Schuim, meestal dat op den mond van razende menschen of dieren, doch ook wel dat op ”verschgetond” bier, soep en andere (gekookte) vloeibare spijzen of op stilstaand water (SCHUERM. (1865-1870); CORNELISSEN;
    Onze Volkst. 2, 214 a; 3, 146 b; GALLÉE 7 b; DRAAYER 7 a; MOLEMA 58 b, 508 b ). In denzelfden zin ook broesem of brösem (Overijsel, Groningen, West-Vlaanderen: MOLEMA 59 b, 508 b ).

    “Op sommige stilstaande waters leet er ’ne vuilen broes.” Cornelissen 1899

    Het broes stond op zijn lippen, zo colèrig was hij.

    Het broes op de soep leeft en het broes in de gracht stinkt.

    Houd de gelei goed in ’t oog en schep op tijd de proes eraf.

    Vers kieken moet ge eerst goe wassen voor dat ge er bouillon van maakt, anders krijgt ge vieze proes op de soep.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 09 Jun 2013 13:38
    0 reactie(s)

    Versie 4

    broes
    (het/de ~ (m.), geen mv.)

    schuim, meestal op de mond of van gekookte of bedorven vloeistoffen
    zie ook: broem, brom

    ook in Antwerpen ‘broes’, maar daar is het woord mannelijk

    Herenthout: proes (niet te verwarren met proes als poepgelei)

    WNT: Broes
    In verschillende gewesten: Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, Overijsel, Groningen, en ook wel in Holland
    bekend voor: Schuim, meestal dat op den mond van razende menschen of dieren, doch ook wel dat op ”verschgetond” bier, soep en andere (gekookte) vloeibare spijzen of op stilstaand water (SCHUERM. (1865-1870); CORNELISSEN;
    Onze Volkst. 2, 214 a; 3, 146 b; GALLÉE 7 b; DRAAYER 7 a; MOLEMA 58 b, 508 b ). In denzelfden zin ook broesem of brösem (Overijsel, Groningen, West-Vlaanderen: MOLEMA 59 b, 508 b ).

    Het broes stond op zijn lippen, zo colèrig was hij.

    Het broes op de soep leeft en het broes in de gracht stinkt.

    Houd de gelei goed in ’t oog en schep op tijd de proes eraf.

    Vers kieken moet ge eerst goe wassen voor dat ge er bouillon van maakt, anders krijgt ge vieze proes op de soep.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 09 Jun 2013 13:33
    0 reactie(s)

    Versie 3

    broes
    (het ~, geen mv.)

    schuim, meestal op de mond of van gekookte of bedorven vloeistoffen
    zie ook: broem, brom

    Herenthout: proes (niet te verwarren met proes als poepgelei

    WNT: Broes
    In verschillende gewesten: Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, Overijsel, Groningen, en ook wel in Holland
    bekend voor: Schuim, meestal dat op den mond van razende menschen of dieren, doch ook wel dat op ”verschgetond” bier, soep en andere (gekookte) vloeibare spijzen of op stilstaand water (SCHUERM. (1865-1870); CORNELISSEN;
    Onze Volkst. 2, 214 a; 3, 146 b; GALLÉE 7 b; DRAAYER 7 a; MOLEMA 58 b, 508 b ). In denzelfden zin ook broesem of brösem (Overijsel, Groningen, West-Vlaanderen: MOLEMA 59 b, 508 b ).
    verg. BROEM (II) en PROES.
    Het broes kwam uit zijnen mond, SCHUERM. (Kempen, 1865-1870).

    Het broes stond op zijn lippen, zo colèrig was hij.

    Het broes op de soep leeft en het broes in de gracht stinkt.

    Houd de gelei goed in ’t oog en schep op tijd de proes eraf.

    Vers kieken moet ge eerst goe wassen voor dat ge er bouillon van maakt, anders krijgt ge vieze proes op de soep.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 28 May 2013 11:20
    0 reactie(s)

    Versie 2

    broes
    (het ~, geen mv.)

    schuim, meestal op de mond of van gekookte of bedorven vloeistoffen
    zie ook: broem, brom

    Herenthout: proes (niet te verwarren met proes als poepgelei

    WNT: Broes
    In verschillende gewesten: Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, Overijsel, Groningen, en ook wel in Holland
    bekend voor: Schuim, meestal dat op den mond van razende menschen of dieren, doch ook wel dat op ”verschgetond” bier, soep en andere (gekookte) vloeibare spijzen of op stilstaand water (SCHUERM. (1865-1870); CORNELISSEN;
    Onze Volkst. 2, 214 a; 3, 146 b; GALLÉE 7 b; DRAAYER 7 a; MOLEMA 58 b, 508 b ). In denzelfden zin ook broesem of brösem (Overijsel, Groningen, West-Vlaanderen: MOLEMA 59 b, 508 b ).
    verg. BROEM (II) en PROES.
    Het broes kwam uit zijnen mond, SCHUERM. (Kempen, 1865-1870).

    Het broes stond op zijn lippen, zo colèrig was hij.

    Het broes op de soep leeft en het broes in de gracht stinkt.

    Houd de gelei goed in ’t oog en schep op tijd de proes eraf.

    Vers kieken moet ge eerst goe wassen voor dat ge er bouillon van maakt, anders krrijgt ge vieze proes op de soep.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door fansy op 27 May 2013 01:23
    0 reactie(s)

    Versie 1

    broes
    (het ~, geen mv.)

    schuim, meestal op de mond of van gekookte of bedorven vloeistoffen
    zie ook: broem, brom

    Herenthout: proes (niet te verwarren met proes als poepgelei

    WNT: Broes
    In verschillende gewesten: Vlaanderen, Antwerpen, Limburg, Overijsel, Groningen, en ook wel in Holland
    bekend voor: Schuim, meestal dat op den mond van razende menschen of dieren, doch ook wel dat op ”verschgetond” bier, soep en andere (gekookte) vloeibare spijzen of op stilstaand water (SCHUERM. (1865-1870); CORNELISSEN;
    Onze Volkst. 2, 214 a; 3, 146 b; GALLÉE 7 b; DRAAYER 7 a; MOLEMA 58 b, 508 b ). In denzelfden zin ook broesem of brösem (Overijsel, Groningen, West-Vlaanderen: MOLEMA 59 b, 508 b ).
    verg. BROEM (II) en PROES.
    Het broes kwam uit zijnen mond, SCHUERM. (Kempen, 1865-1870).

    Het broes stond op zijn lippen, zo colèrig was hij.

    Het broes op de soep leeft.

    Het broes in de gracht stinkt.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door fansy op 27 May 2013 01:09
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.