Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De beschrijving van deze term werd 10 keer aangepast.
Conisch, rood-paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
Van Dale D2014 online: Belgisch-Nederlands
zie ook: neuske, neuzen, neuzeke, jeneverneus
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Conisch, rood-paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
In Vlaanderen vooral bekend als neuske, neuzen, neuzeke, jeneverneus.
Van Dale D2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Conisch, rood-paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
In Vlaanderen vooral bekend als neuske, neuzen, neuzeke, jeneverneus.
Van Dale D2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Conisch, rood-paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
In Vlaanderen vooral bekend als neuske, neuzen, neuzeke, jeneverneus.
Van Dale D2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Conisch, rood-paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
De cuberdon is een Belgische specialiteit maar door de beperkte houdbaarheid wordt de cuberdon niet geëxporteerd en is dus vrijwel alleen in België te verkrijgen.
In Vlaanderen vooral bekend als neuske, neuzen, neuzeke, jeneverneus, tsoepke, Gentse neus of topneus.
In Wallonië als chapeau de curé of pastoorshoed.
De cuberdon Leopold bestaat al sinds Leopold I koning van België werd en het snoepje is dus zo oud als België zelf. De franstaligen noemden het toen ‘bonnet de curé’.
De verbastering van ‘cul de bourdon’ werd in 2000 de wereld ingeroepen.
VD2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Conisch, rood-paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
De cuberdon is een Belgische specialiteit maar door de beperkte houdbaarheid wordt de cuberdon niet geëxporteerd en is dus vrijwel alleen in België te verkrijgen.
In Vlaanderen vooral bekend als neuske, neuzen, neuzeke, jeneverneus, tsoepke, Gentse neus of topneus.
In Wallonië als chapeau de curé of pastoorshoed.
De cuberdon bestaat al sinds Leopold I koning van België werd en het snoepje is dus zo oud als België zelf. De franstaligen noemden het toen ‘bonnet de curé’.
De verbastering van ‘cul de bourdon’ werd in 2000 de wereld ingeroepen.
VD2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Conisch, rood-paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
De cuberdon is een Belgische specialiteit maar door de beperkte houdbaarheid wordt de cuberdon niet geëxporteerd en is dus vrijwel alleen in België te verkrijgen.
In Vlaanderen vooral bekend als neuske, neuzen, neuzeke, tsoepke, Gentse neus of topneus.
In Wallonië als chapeau de curé of pastoorshoed.
De cuberdon bestaat al sinds Leopold I koning van België werd en het snoepje is dus zo oud als België zelf. De franstaligen noemden het toen ‘bonnet de curé’.
De verbastering van ‘cul de bourdon’ werd in 2000 de wereld ingeroepen.
VD2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Conisch, meestal paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling met een aroma van framboos.
De cuberdon is een Belgische specialiteit maar door de beperkte houdbaarheid wordt de cuberdon niet geëxporteerd en is dus vrijwel alleen in België te verkrijgen.
In Vlaanderen vooral bekend als neuske, neuzen, neuzeke, tsoepke, Gentse neus of topneus.
In Wallonië als chapeau de curé of pastoorshoed.
De cuberdon bestaat al sinds Leopold I koning van België werd en het snoepje is dus zo oud als België zelf. De franstaligen noemden het toen ‘bonnet de curé’.
De verbastering van ‘cul de bourdon’ werd in 2000 de wereld ingeroepen.
VD2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
conisch, meestal paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling. De cuberdon is een Belgische specialiteit. In Vlaanderen zegt men vooral neuske, neuzen.
< zou een verbastering zijn van cul de bourdon
VD2014 online: Belgisch-Nederlands
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
conisch, meestal paars snoepje met een half hard omhulsel en een stroperige vulling. De cuberdon is een Belgische specialiteit. In Vlaanderen zegt men vooral neuske, neuzen.
< zou een verbastering zijn van cul de bourdon
Cuberdons eet men best zo vers mogelijk want na enkele weken versuikert de vulling.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.