saziepikker

saziepikker

(de ~, (m.), ~s)

(seuzzepikker)
bijnaam van de Turnhoutenaar
uitdrukking: De beste Turnhoutenaar heeft ooit al wel eens sazie gepikt.

Etymologie:
Versie 1: Het heeft met een anekdote te maken ivm het leger.
De Turnhoutse soldaten hadden geen dekens op hun britsen en daarom vonden ze maar niet beter om de ‘sazies’ (sasie) van de Herentalse soldaten te pikken.

Versie 2: Een Turnhoutse legende uit 1789.
Tijdens de winter was de Sint-Pieterskerk door de Franse bezettingstroepen omgedoopt tot paardenstal. De paarden werden warm gehouden met serges, paardendekens dus. Maar ook de bevolking had kou en ging deze serges, of seuzies in het Turnhouts, stelen. Niet alleen de arme inwoners, maar ook de betere burgerij maakte zich schuldig aan deze diefstallen. Het leverde de inwoners van Turnhout de bijnaam van Seuziepikkers op. (nieuwsblad.be)

365

De Turnhoutenaren zijn met ruim 40000 en hebben 2 bijnamen: de Binken en de Muggenblussers

1. Binken is bargoens voor lomperiken of knoeiers

2. In 1755 dachten de Turnhoutenaren dat hun kerktoren van de Sint-Pieterskerk op de Grote Markt in brand stond. De mannen snelden toe om de toren te blussen, maar wat ze verkeerdelijk voor brand hadden gezien, was niets anders dan een enorme zwerm muggen in de zonneschijn. Zo kregen de Turnhoutenaren de bijnaam ‘muggenblussers’.