Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
gieten, (uit)schenken
in tal van samenstellingen: afschudden, bijschudden, inschudden, leegschudden, naschudden, omschudden, overschudden, opschudden, uitschudden, volschudden, vortschudden …
Schud die leuter nog maar niet weg, die kan nog dienen.
De koffie inschudden (uitschenken).
De aardappelen afschudden (afgieten).
knoeien, morsen
(elders: braggelen)
Wie heeft hier weer gebraddeld? En ik heb pas geschrobd!
braderie, kermisachtige toestand met winkelkraampjes op straat
Onze slachter bakt elk jaar sausissen en hamburgers op de braderij.
De braderij is uitgeregend.
zie malchance
Ik ga ergens anders mijn geluk proberen, ik heb hier al malsjans genoeg g’had in mijn leven.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.