Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
stollen, stremmen, dik doen worden
WNT: rullen: stremmen, stollen, ”runnen, kertelen”. In W.-Vlaanderen.
De pap is meer geruld als gisteren, Loquela (Wdb.) (1907).
De pompoensoep is geruld.
Yoghurt zelf maken: na het opwarmen van de melk om de levende fermenten te laten gisten, moet de yoghurt zeker minstens 8 uur rullen.
ajuin in de Antwerpse Kempen, de twee vormen bestaan naast elkaar
uitspraak: /jaon/
Ik eet graag juin in alle mogelijke vormen: juinsoep, juinsaus of rauw met salaat.
flauwe en/of schunnige praat verkopen
lullen, zeveren
zie ook rulpraat
WNT: Rullen: flauwen of ontuchtigen praat vertellen. In het Z. der Kempen.
Wa’ rult em daar allemaal? corn.-vervl. 2005.
Ge weet niet wat ge rult man.
over een week
“over acht dagen” wordt voorafgegaan door een weekdag: maandag over acht dagen, zaterdag over acht dagen enzovoorts; men zegt acht dagen in plaats van zeven omdat de dag wanneer dit gezegd wordt nog meegerekend wordt
zie ook acht dagen
“Maandag over acht dagen kennen we de zevende Strafste Gentenaar.” (facebook)
“Eender voor welke formule geopteerd wordt, er moet dinsdag over acht dagen een beslissing zijn.”
afkorting van over acht dagen
Dinsdag 8 dagen gaan we winkelen in Gent.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.