Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
madeliefje(s)
(namen van bloemen zijn vaak meervoudig in het dialect: pisbloemme, meeklèkskes, groffiaote, krizante, bosilzjekes, klitteklotte, kérkesniëtels, botterbloemme, koebbelreiskes …)
Lokale uitspr.: meezietsjes
Etym.: made + soete (cf. Van Dale, meizoentje)
Kinderen plukken de eerste meizoetjes in het gras om er een bloemenkransje van te vlechten.
krachtterm (eigenlijk: godsgenade)
Godsgenojje nog nie! Es dat nau bekans gedond mèt oer gestechel! (verdomd nog an toe, hou eens eindelijk op met dat geruzie!)
krachtterm (eigenlijk: godsgenade)
Godsgenojje nog nie! Es dat nau bekans gedond mèt oer gestechel! (verdomd nog an toe, hou eens eindelijk op met dat geruzie!)
strontzat, veel te diep in het glas gekeken, steenzat;
smoordronken
Hij stond daar poepzat te staan en lalde met dikke tong…
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.