Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
streken, ‘zjaar’ verkopen
Ge moet hier geen floos komen verkopen, we kennen u wel meneer!
iemand die altijd tap – chance – heeft
De Sjarel is nen echten tapsjaar, hij heeft twee keren teroot met de lotto gewonnen.
iemand onverwacht met goed gekozen woorden terecht wijzen zodat hij geen argumenten meer heeft.
Hij zei dat ik een profiteur was en ik vroeg hem hoe hij kon gaan doppen en werken tegelijkertijd en daarmee was zijn fas afgestoken.
wordt alleen maar gebruikt in de uitdrukking “met hoot en kloot” zie bij hoot en kloot, met ~ Het woord hoot wordt daarnaast nog gebruikt als scheldwoord en betekent dan hetzelfde als “kloot”. Vreemd genoeg verschilt de uitspraak: als het woord alleenstaand gebruikt wordt, zegt men “hujet” en in de vaste uitdrukking is het “hoewet”. Er is dus een soort rijmdwang. Hoot is waarschijnlijk verwant met het Duits “die Hode” wat betekent “testikel”, “kloot”.
Hebt ge die eieren laten vallen, loempe hoot dat ge zijt!
wordt alleen maar gebruikt in de uitdrukking “met hoot en kloot” zie bij hoot en kloot, met ~ Het woord hoot wordt daarnaast nog gebruikt als scheldwoord en betekent dan hetzelfde als “kloot”. Vreemd genoeg verschilt de uitspraak: als het woord alleenstaand gebruikt wordt, zegt men “hujet” en in de vaste uitdrukking is het “hoewet”. Er is dus een soort rijmdwang. Hoot is waarschijnlijk verwant met het D. “die Hode” wat betekent “testikel”, “kloot”.
Hebt ge die eieren laten vallen, loempe hoot dat ge zijt!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.