Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
ja (1. persoon)
zie ook joak
- Komde merge?
- Jaak!
( – Kom je morgen?
– Ja)
district van Boom
Vriegr sjotte rupel in den provinsjal oep de plâne van den beireg van rupel!
(Vroeger voetbalde Rupel in de provinciale afdelingen op de terreinen van de Berg van Rupel.)
VL: aangelegenheid, zaak in bestuurlijke zin
SN: materiaal, stof, in letterlijke én figuurlijke zin
(een ingewikkelde materie)
zie ook: materie, persoonsgebonden ~ en gemeenschap
Van Dale: bij materie
• (in België, politiek) persoonsgebonden materie
aangelegenheid die het individu betreft, zoals onderwijs, cultuur en gezondheidsbeleid, en die op het niet-federale niveau tot de bevoegdheid van de gemeenschappen behoort
• (in België, politiek) plaatsgebonden materie
aangelegenheid, zoals economie en infrastructuur, die op niet-federaal niveau tot de bevoegdheid van de gewesten behoort
Mayeur: “Ik ben niet bevoegd voor die materie”. (deredactie.be)
De ambtenaren bevoegd voor deze materie krijgen de bevoegdheid om de Staat voor de hoven en rechtbanken te verdedigen. (overheid)
zich boos maken
zie ook gat, van zijn ~ geven, neus, van zijn ~ maken
Ge moet zo niet van uwen tak maken, ik kan daar toch niet aan doen dat ge een platte band hebt?
Wij dachten bij het zien van deze foto spontaan aan het volkse gezegde ‘van zijn tak maken’, maar dat is voor interpretatie vatbaar. (HLN.be)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.