Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
georganiseerde ontspannende activiteiten
entertainment
< Frans animation
standaardtaal in België
VD2013 online: Belgisch-Nederlands
Uiteraard zorgen we bij dit evenement ook voor animatie voor de kinderen, waarbij oude volksspelen centraal zullen staan. Voorts is er ook ballondecoratie, kindergrime, en natuurlijk seniorenanimatie …
“Mochten jullie iemand inhuren voor kinderanimatie, hoeveel kunnen en willen jullie hier dan aan besteden?” (zappyouders.be)
“Op het wijkfeest was er ook aan animatie voor de kinderen gedacht. (standaardtaal in België)” Taaladvies.net
(waarschijnlijk verouderd)
iemand die graag en veel snoept
WNT:
Snoepbakkes, snoeper. Gewestelijk in Zuid-Nederland (Cornelissen-Vervliet (1899))
De Paul is zo geen snoepbakkes, geeft hem maar liever iets hartelijks.
1) put, kuil: algemeen
2) de put waar de (hobby)garagist, de auto’s over rijdt om aan de onderkant ervan te kunnen werken
VD2014 online: pit, met betekenis put, niet in VD
wel het ww. pitten: putten, inkuilen: gewestelijk
ONMW: oudste attestatie 855, vroeg-germaansche oorsprong
VMNW: oudste attestatie: Gent, Oost-Vlaanderen, 1210
waterput; put; kuil; graf; kerker; beerput; sluisput; greppel; diepte
MNW: pit, put, hol, onderaardsche gevangenis (begin 14deE)
In de vlaamsche tongvallen is nog heden pit naast put bekend.
WNT: pit, pitte, put; pit als een ontronding uit put.
In Vlaanderen: kuil, diepte, gat, grafkuil, graf
Bij Westvlaamsche hopboeren: een aardhoop, ronde ophooging van aarde, waar middenin een staak voor de hopplanten staat.
1) Tijdens het wandelen zijn we veel pitten in de zandweg tegengekomen die vol water stonden van de laatste regenval de afgelopen dagen.
2) Ben naar de autokeuring geweest en 1 van die controleurs heeft mijn wagen over de pit gereden om de onderkant ervan te kunnen keuren.
1) put, kuil: algemeen
2) de put waar de (hobby)garagist, de auto’s over rijdt om aan de onderkant ervan te kunnen werken
VD2014 online: pit, met betekenis put, niet in VD
wel het ww. pitten: putten, inkuilen: gewestelijk
ONMW: oudste attestatie 855, vroeg-germaansche oorsprong
VMNW: oudste attestatie: Gent, Oost-Vlaanderen, 1210
waterput; put; kuil; graf; kerker; beerput; sluisput; greppel; diepte
MNW: pit, put, hol, onderaardsche gevangenis (begin 14deE)
In de vlaamsche tongvallen is nog heden pit naast put bekend.
WNT: pit, pitte, put; pit als een ontronding uit put.
In Vlaanderen: kuil, diepte, gat, grafkuil, graf
Bij Westvlaamsche hopboeren: een aardhoop, ronde ophooging van aarde, waar middenin een staak voor de hopplanten staat.
1) Tijdens het wandelen zijn we veel pitten in de zandweg tegengekomen die vol water stonden van de laatste regenval de afgelopen dagen.
2) Ben naar de autokeuring geweest en 1 van die controleurs heeft mijn wagen over de pit gereden om de onderkant ervan te kunnen keuren.
commerciële nummerplaat
zie ook groene nummerplaat
Voor mij rijdt een BMW met een Z-plaat; samen rijden we achter mekaar naar de autokeuring.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.