Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
zie siroop
Pannenkoeken met poepsiroop en bruine suiker.
bord
zie ook: talloor, telloor
< Frans tailloir, tailler
Hageland, West-Vl., Gent, Antw.: talloor
Brugge : taljoare
MNW: taeljoor: schotel voor het snijden van vlees
tafelbord: 16de en 17de E.
WNT: bij teljoor
gewestelijk ook m. en vr., mv. teljoren. Daarnaast taljoor (in meer fransche spelling tailloor enz.); telloor, talloor, in een groot deel van Brabant en in het Land van Waas; talloore (vr.), in ’t Zuid-Oosten van Vlaanderen; teljer, bij Schuermans (1865-1870). In ’t Westvl. is een vr. taljoore, teljoore.
Bord, schotel, waarop vleesch wordt voorgesneden (in dezen zin lang verouderd); vervolgens, en dit is reeds in ’t Middelnederlands de gewone bet.: tafelbord, etensbord, bord.
Men gebruikt diepe en platte teljoren om te eten, een diepe teljoor voor de soep en een platte teljoor voor de groenten en de patatten.
bord
zie ook: talloor, telloor
> fr. tailloir, tailler
Hageland, West-Vl., Gent, Antw.: talloor
Brugge : taljoare
MNW: taeljoor: schotel voor het snijden van vlees
tafelbord: 16de en 17de E.
WNT: bij teljoor
gewestelijk ook m. en vr., mv. teljoren. Daarnaast taljoor (in meer fransche spelling tailloor enz.); telloor, talloor, in een groot deel van Brabant en in het Land van Waas; talloore (vr.), in ’t Zuid-Oosten van Vlaanderen; teljer, bij Schuermans (1865-1870). In ’t Westvl. is een vr. taljoore, teljoore.
Bord, schotel, waarop vleesch wordt voorgesneden (in dezen zin lang verouderd); vervolgens, en dit is reeds in ’t Middelnederlands de gewone bet.: tafelbord, etensbord, bord.
Men gebruikt diepe en platte teljoren om te eten, een diepe teljoor voor de soep en een platte teljoor voor de groenten en de patatten.
bord, ook telloor, teljoor, taljoor
< Frans: tailloir: hakbord
etymologie bij teljoor: “Het eerste voorkomen was in 1441 in de betekenis ‘schotel, vooral dienend voor het snijden van vlees’. Het wordt in Nederlandse dialecten ook gespeld als taljoor.” (N. van der Sijs (2006), Klein uitleenwoordenboek)
Ik heb alles op mijn talloor opgegeten.
Hij heeft zijn talloor opgeten.
Neem eens talloren uit de kast! We gaan eten.
Het vorkvormig beentje van een kip. Het bijgeloof wil dat, als men met twee personen elk een kant van het beentje vasthoudt en elk een wens doet terwijl men aan het beentje trekt, degene die het grootste stuk overhoudt die zijn wens zal uitkomen.
Waarschijnlijk afkomstig uit het Engels: wishbone.
Bij het eten van kip houden papa en ik altijd de wiesboom vast.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.