Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
waanzin, het zot zijn
zie ook zot, het ~ in de kop
VD BE; spreektaal
“Schoon, zunne.’ ‘Gast! En den Tim is zo ne nuchtere kadee.’ ‘Ik herken die niet meer jong. Die heeft het zot in de kop.’ ’Ja. Dat hebben we allemaal eens gehad …” (Wild Vlees, Claudia Ledoux)
(1) vergeetachtigheid, verstrooidheid bij bejaarden
(2) (pej.) dementie
Gebruik in de zin:
- Met ’t oud zot zitten
- ’t Oud zot hebben
De laatste jaren zit onze vava serieus met ’t oud zot.
het gedrag van een oude mens die zich plots jeugdig gaat gedragen, vooral op het vlak van de liefde; meestal spottend bedoeld
’t Oud zot bestaat echt: huwelijken bij 60-plussers meer dan verdubbeld in 15 jaar (HN 12016)
Zie ’t oud zot bezig zijn daar op de bank in het park: 72 en 52 jaar en zo verliefd als pubers van 16…
uitspraak: klik op het luidsprekertje om het woord te beluisteren in het Antwerps
schoothondje
ook in de provincie Antwerpen
West-Vlaanderen: preutelekker
vb. klik op de afbeelding
Yorkshire terrier
Een tijd geleden was het echt een rage: bijna iedereen had van die Yorkshirehondjes en nu zijn het weer chihuahua’s, dat wordt hier allemaal over dezelfde kam geschoren: kutlekkerkes!
elleboogzenuw, elektrisch beentje.
< diminutief van keute = uitstekend gewrichtshoofd van beenderen; variant van kote, koot
‘k aan mè m’n kutje tegen de schowe gestoten. Ik stootte met mijn elleboogzenuw tegen de schouw.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.