Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    luizenknoeper
    (de ~ (m.), ~s)

    benaming voor de duim in Zuid-Limburg

    zie liereboom, lange

    In het dialect klinkt dit als ‘lauzeknoepper’.

    Regio Haspengouw
    Bewerking door de Bon op 16 May 2025 22:22
    0 reactie(s)

    pottoe
    (bn.)

    heel erg dronken

    zie ook: daarm, deirm, kanong, meurg, petrol zijn, poepeloere, poepeloerezat, poepzat, pottendarm, zjaak

    uitdrukkingen: crimineel, zijn eigen ~ zuipen
    petrol, zijn eigen ~ zuipen
    zat, zo ~ als een kanon
    zat, zo ~ als honderdduizend man
    Zwitser, zo zat als een ~
    zwitser, een stuk in zijne ~
    patat, zo zat als een ~
    hij is krieke
    smoorlam dronken

    minder erg: voeten, een stuk in zijn ~

    Hij was pottoe.

    “We zijn samen gedoopt, dragen elkaar naar huis als we pottoe zijn en gaan af en toe samen naar de les.” (https://www.allesoverseks.be/verhalen/maten-makkers)

    > andere betekenis van pottoe

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 16 May 2025 22:20
    1 reactie(s)

    alzeleven
    (bw.)

    altijd

    Ik heb het alzeleven zo gekend.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 16 May 2025 22:18
    2 reactie(s)

    armemensengat
    (zn. o. meerv. niet gebruikelijk)

    wordt in bepaalde gevallen al lachend gezegd voor zitvlak. Waarom armemensengat? Omdat het in twee stukken is.

    CSD 2006 Cologne hotpants cropped

    - Die filmster heeft wel een schoon poepke!
    - Och, het is ook maar een armmensengat.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 16 May 2025 22:16
    1 reactie(s)

    woewoe
    (zn. m. -s)

    hond in kindertaal

    < klanknabootsing van het geblaf van een hond

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Hond. Gewestelijk en in kindertaal.
    “‘k Zal de’ woewoe is roepen, as ge nie’ wijs en zijt”, Cornelissen-Vervliet (1903).

    Noto Emoji Pie 1f415

    In hare sacoche zat een klein woewoeke met een frakske aan.

    “als ik oostenrijk rij staat er ook nergens een bord dat mijne woewoe achter een hekken in de wagen moet zitten…” (autoforum.be 30 mrt. 2007)

    “Onzen Hoppy (is eigelijk den woewoe van mijn zus). It’s a wannabe Bulldog …” (9lives.be 1 aug. 2008)

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 16 May 2025 22:15
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.