Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
binnenspringen, binnenwippen
Zeker Antwerpen, maar hoorde dr. Buytaert (West-Vlaanderen) van het tv-programma ‘mijnheer doktoor’ het ook zeggen. Dus voorlopig gans Vlaanderen.
Als ik straks eens tijd heb zal ik nog efkes binnenschieten om die spullen af te zetten.
Iets dat echt afgrijselijk, lelijk is
Hij kocht zich onlangs een nieuwe wagen. Ik zou nooit zoveel geld kunnen besteden aan zo’n scharminkel
weide
uitspraak vaak als: beik
WNT: Middelnederlands bulc, buelc, beelc
Een woord dat inzonderheid in West-Vlaanderen inheemsch is; bij De Bo (1873) verklaard met ”beluik voor beesten, bocht, omsloten weide, omheind perk”. De etymologie is niet duidelijk.
Bilck, Fland. Pascuum, Kiliaan (1588).
De ossen blijven ’s zomers dag en nacht in de bilken, De Bo (1873).
zo meteen, straks,
ook estrieën
ook in Haspengouw
Leuven: astrie
Strieën lig je op de grond, als je zo met je stoel blijft wiebelen.
Ik kom astrie ne keer vroem. (Ik kom straks nog eens terug).
Ich breng het uch strieën. (Ik breng het u seffens).
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.