Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    petzakkerij
    (de ~, ~ en, v. znw)

    kwajongenstreek, deugnieterij

    Afbeelding zie hier

    Voor petzakkerijen zoals bellekentrek krijgt ge een tegenwoordig een boete.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 03 May 2018 14:21
    0 reactie(s)

    struise mannen
    (uitdr.)

    - personen die geen schrik hebben, die alles durven
    - personen die uitstralen alsof ze alles durven en geen bang hebben
    - body builders of personen met een gespierd karuur

    antoniem: platte mannen

    zie ook struis doen, struise, struis

    Mijn 2 zussen en ik hoorden bij de struise mannen vroeger. Niets of niemand kon ons doen weglopen van iets. In bomen klimmen, bellekentrek doen, op garagedaken lopen en eraf springen, velobanden platzetten, in de cinema geniepig binnengaan zonder te betalen, fruitenieren, en noem maar op.

    Jan, de platte, wou ook bij de struise mannen horen, maar hij deed in zijn broek als m een spinnekop zag.

    In de fitnesszaal trainen veel struise mannen.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door de Bon op 03 May 2018 14:21
    1 reactie(s)

    dzjeren
    (ww. dzjerde, gedzjerd)

    lopen, weglopen

    uitspraak: /dzj.e r.e/ 2x doffe e

    Die twee snaken dzjere er vandoor. Die hebben zeker bellekentrek gedaan. (belleketrek doen)

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 03 May 2018 14:20
    0 reactie(s)

    toer
    (de ~ (m.), ~en)

    beurt
    zie ook overtoer

    < Frans: c’est à mon tour

    toer + vz.:
    - om toer: om beurt
    - op toer: om de beurt

    Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal

    Nu is het mijnen toer om bellekentrek te doen.

    Geen ruzie maken, mannekes. Ge moogt ieder op toer met die pop spelen.

    In pingpong moogt ge om toer opgeven.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 May 2018 14:19
    1 reactie(s)

    bellekentrek
    (de ~ (m.) , geen mv.)

    zonder reden, voor de grap, om de mensen te koeioneren, aan de deur bellen en zo snel mogelijk uit het zicht verdwijnen.

    < kinderspel

    Vroeger bestond de bel uit een handvat, één of meer staven, een duikelaar en een lange draad doorheen de gang tot vanachter, waar een bel/klokje was vastgemaakt aan een opgerolde veer, vandaar trekken: trekbel

    zie belleketrek doen

    Van Dale online: NL: belletje trekken, beldeurtje spelen
    Wikipedia: Vlaanderen: belleke trek

    Filmke zie hier : Belleketrek te Lokeren voor de actie tegen GAS-boetes

    De belhamels kozen als slachtoffer van bellekentrek meestal een oudje, dat wel wat tijd nodig had om tot aan de voordeur te geraken. De verwensingen vlogen dan ook de straat in.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 03 May 2018 14:19
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.