Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
afhaken
We zouden samen gaan zwemmen, maar op het laatste moment beelde hij toch wel weeral zeker!
> andere betekenissen van belen
achterwerk, kont, zitvlak,
vnw: •achterste, achterwerk, billen, bips
-iemand op zijn poep geven: iemand een pak voor zijn billen geven
DS2015 geen standaardtaal
De gebruikelijke Nederlandse betekenis van uitwerpselen of stront wordt in Vlaanderen niet gebruikt. Uitzondering hierop is hondenpoep, hoewel de Vlaming eerder hondenstront zal verkiezen.
< Volgens sommige etymologen zou poep komen van het Franse poupe: achtersteven van een schip, Latijn puppis
zie ook voorpoep; poepzitten; klets op de poep
Zet u neer op uw poep.
Als ge niet braaf zijt, krijgt ge een klets op uw poep.
Dat student Lloyd aarzelend op haar poep had gemikt om de omvang van de blauwe plek te beperken, kon Joke geen barst schelen. (standaard.be)
Houd uw poep lekker warm met ‘swants’ – De Standaard
Op het eind ging De Bruyne, na een zoveelste ren, op de poep zitten. Krampen. Zich helemaal te pletter gelopen. (demorgen.be)
penis, piet, piemel
zie ook flieter, wieter, pierlewiet, sjarel; charlewieter …
Kent ge die mop al van nen Amerikaan, nen Hollander en nen Belg die aan ’t stoefen waren om ter grootste charel?
De Jean moet geopereerd worden aan zijne …euh… charel.
baby.be: ik ben het moe van zoveel pampers te verbruiken op korte tijd, dus nu loopt hij buiten rond in zijne blote charel. hij stond daarstraks bij het konijnenhok, maar heb hem wel gezegd wat verder te staan voor zijn pierlewiet eraf is gebeten door polleke, hihi
> andere betekenis bij sjarel
mannelijk lid; ook charel, jos
vnw: penis, mannelijk lid
Woordenboek der Nederlandsche Taal (wnt):
Het mannelijk lid, roede. In verschillende streken bekend, b.v. in Antwerpen (Cornelissen-Vervliet: piet), Vlaanderen (De Bo (1873): pijt; Teirlinck: pietje)
Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal
Mijn piet krimpt helemaal van het koude zwembadwater.
> zie andere betekenissen van piet
vogel
meestal verkleinvorm en kindertaal
wnt:
Benaming voor een vogel, soms ook bepaaldelijk voor een kanarievogel. Zoowel in de algemeene als in de kindertaal. De naam zal wel ontleend zijn aan het geluid dat de vogel maakt.
Onze piet is gaan vliegen, Cornelissen-Vervliet (1899)
Het pieteken eten geven, Ald.
zie ook pietevogel
Sebiet gaan we brood strooien voor de pietekes.
> zie andere betekenissen van piet
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.