Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
spin
Middelnederlands: ‘coppe’. Vergelijk Eng. ‘cobweb’
zie ook: spinnekobbe, kobbenette
Hij is doodsbang van een kobbetje.
hoofd (verouderd)
< was bij De Bo een dichte of kroezige haardos.
“Zijne kobbe krult”
“Eene borstelige kobbe”, De Bo (1873).
Het is weer luizentijd in de scholen, moeders moeten de kobbe van zoon of dochter kammen met een luizenkam.
veldwachter, afgeleid van Frans “garde”, een oudere variant is een “gerrepès”, afgeleid van Frans “garde de paix”
zie garde
Ik reed zonder licht en kreeg een proces van de gerre.
een kier of spleet aan deur of venster
WNT: Nauwe, langgerekte opening in of tusschen bepaalde zaken; spleet; reet.
“De wind loeit en huilt door spleten en gerren”, Stijn Streuvels, Werkmenschen (1926).
Van onder de gerre van de deur komt veel tocht.
kier, spleet, langwerpige opening
ook in West-Vlaanderen
De kobben komen binnen langs de gerre onder de deur.
“Den wint verschilt van het water daerin, dat se door de gerren so niet en drynckt,” – uit ‘Journal tenu par Isaac Beeckman de 1604 à 1634’, 1615
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.