Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
zijn maag, buik vullen, goed eten en drinken
Woordenboek der Nederlandsche Taal: zak: gewest. in Vl.-België: Maag van het menschelijk of dierlijk lichaam; ook buik. Zijn zak vullen: Emiel ka(n) zijne zak vullen, astie (als hij) veur niet (niets) mag eten of drenken, Teirlinck 1922.
regio Haspengouw, Hageland, Antwerpse Kempen
Zaterdag mogen we naar een trouwfeest gaan. Dan kunnen we onze zak nog eens goed vullen.
frieten van de frituur eten
Van Dale:
toegevoegd in 2015
BE; informeel een frietje steken
een portie frieten van de frietkraam eten
Na de voorstelling gaan we nog een pint pakken en een frietje steken.
“De Belgische frietkotcultuur is voortaan in het hele land erkend als immaterieel erfgoed. De zes bevoegde ministers hebben dat gevierd in het Atomium met een frietreceptie. Ook prins Laurent stak een frietje mee en werd opgenomen in de orde van de Gulden Puntzak.” (deredactie.be 20/07/2017)
frieten van de frituur eten
Van Dale:
toegevoegd in 2015
BE; informeel een frietje steken
een portie frieten van de frietkraam eten
Na de voorstelling gaan we nog een pint pakken en een frietje steken.
“De Belgische frietkotcultuur is voortaan in het hele land erkend als immaterieel erfgoed. De zes bevoegde ministers hebben dat gevierd in het Atomium met een frietreceptie. Ook prins Laurent stak een frietje mee en werd opgenomen in de orde van de Gulden Puntzak.” (deredactie.be 20/07/2017)
glas bier
Etymologiebank: In het Belgisch-Nederlands is pint(je) nog steeds het gewone woord voor een glas bier (meestal pils). (M. Philippa)
SN: Van Dale 2013 online: glas pils
in Vlaanderen toch meer specifiek toegepast:
1. een glas pils (meestal 1/4 l = 25cl of 1/3 l = 33 cl, resp. een klein of een grote pint)
2. het bierglas
3. het drinkglas
4. een al dan niet alcoholische drank (eventueel op café):
- Een pint zou me nu wel smaken.
- Gaan we in den Engel een pint drinken? (die pint kan dan gelijk wel bier of andere drank zijn)
- Hij heeft precies wat teveel pinten gedronken. (zat zijn)
zie ook pintje, pinten pakken
1. Een goeie cafébaas weet hoe hij zijn pinten moet tappen.
2. Een goeie cafébaas weet hoe hij zijn pinten moet spoelen.
2. Er is een actie bij Jupiler: Bij een bak krijgt ge gratis een pint.
3. Die saus lengt ge vervolgens aan met een pint water.
3. Vakantie – Stacaravan te koop: stacaravan merk nordstar caravan 9m op3.10 m voortent 9 m op2.70m , keukengerei, potten, pannen, borden, tassen, pinten, … (www.internetgazet.be)
4. Zijt ge gisteren weer pinten gaan drinken?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.