Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
prullen, knoeien, aanmodderen
zie ook kweddel, kweddeleer, gekweddel
Dat plaasterwerk is ook maar gekweddel(d).
> andere betekenis van kweddelen
ruzie maken, ruziën
meestal wordt enkel de infinitief gebruikt
Die twee kun je niet naast mekaar aan tafel zetten want daar komt altijd kweddelen van.
> andere betekenis van kweddelen
ruzie maken, ruziën
meestal wordt enkel de infinitief gebruikt
Die twee kun je niet naast mekaar aan tafel zetten want daar komt altijd kweddelen van.
> andere betekenis van kweddelen
slodderen, morsen, knoeien
uitspraak sloemëren
< slommeren 1. Ordeloos laten neervallen of rondstrooien. In het zuiden der Kempen.
“Daar is hier overal stroo geslommerd.”
" Ziet da’ ge gee(n) koren slommert", (Corn.-Vervl. 1899)
2. Bij Kiliaan (1599): In de war brengen. (Woordenboek der Nederlandsche Taal)
Sloemer zo niet met dat hooi, de winter duurt nog lang.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.