Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
parkiet
W.-Vl.: pirusche
Hageland: prus
→ Fr. perruche
Perusjen en kanneunepitsjes zingen beter als ge een laken over hun kooi hangt, omdat ze dan afgesloten zijn van den buitenwereld.
Ik wist niet wat het was, ik dacht een ontsnapte exotische vogel, misschien een kleine papagaai of een perruche, een parkiet. (seniorennet.be)
Nous avons les OEuvres’; en de dun-paarse lippen komen in vrome fronsjes te liggen; de haast-doorzichtig-vlezige oogleden, wit en rimpelig als bij de kippen, gaan driemaal open en toe; de stem, notekrakerig als bij een perruche, klimt op het eindwoord tot een zalvenden fluittoon, en als van een perruche ook de korte nekschokjes vol bevestiging, die eindigen op een zedige neiging. (Karel van de Woestijne – dbnl.org)
het zal nog niet zijn
variant: amai nog niet
- En, is’t warm genoeg?
- Amai nog al ni, ik zweet me te pletter
het zal nog niet zijn
- En, is’t warm genoeg?
- Amai nog al ni, ik zweet me te pletter
het zal nog niet zijn
- En, is’t warm genoeg?
- Amai nog al ni, ik zweet me te pletter
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.