Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
hok, schuurtje, keet
maar ook (kleine) ruimte of plaats met een specifieke functie (zie samenstellingen onder)
Van Dale 2015: kot: Belgisch-Nederlands, spreektaal berghok, schuurtje
zie ook ballenkot, bezemkot, fietskot, hoerenkot,hondenkot, koffiekot, rokerskot, studentenkot, waskot, zwijnenkot
zie ook oplijsting kotten/koten in koterij
zie platen kot
Mijn tuingerief staat in het kot.
> andere betekenissen van kot
studentenkot met allerlei extra voorzieningen
zie ook kotencomplex
zie ook kot
Luxekot vanaf 85 euro per week: In Luik bestaat het concept al, maar nu hebben de investeringsmaatschappijen ook plannen om luxueuze studentenkamers neer te planten in onder andere Antwerpen, Brugge, Brussel en Leuven en die dan te verhuren voor prijzen vanaf 85 euro per week. (guido.be – 2009)
Te huur: luxekot met videobewaking | HLN Geel – HLN.be
Begin juni lanceerde JIMtv de oproep: “Wie wil er volgend jaar een heel academiejaar lang in een Leuvens luxekot verblijven?” Lees: een jaar lang gratis wonen, in een tip-top in orde kamer, mét loungeroom, leuke snufjes, state-of-the-art keuken en propere badkamer. (hbvl.be)
Voor zo’n luxekot tel je al gauw 350 euro en meer huur per maand neer. Kamers van 450 à 500 euro zijn geen uitzondering meer. (demorgen.be)
De Vlaming is, zacht uitgedrukt, erg gesteld op zijn koterij in de bouwkunde, maar even goed in de taalkunde. In dit lemma bewaren we een overzicht van een hele rist koten – ‘koterij’ is hiervan het collectief meervoud. In se is elke afgesloten ruimte kleiner dan een volwaardige woonst een kot (hoewel het woord ‘kot’ ook als koosnaam voor een huis kan aangewend worden), waardoor er constant nieuwe samenstellingen kunnen ontstaan. Naast deze samenstellingen bestaan er ook ettelijke typische uitdrukkingen die rond een of ander ‘kot’ draaien.
Samenstellingen:
apenkot
ballenkot
bezemkot
buskotje
druppelkot
duivenkot
fietsenkot
fritkot
hoerenkot
hondenkot
jeneverkot
kattenkot
kiekenkot
koffiekot
platen kot
rokerskot
stemkotje
studentenkot
telefoonkot
tuinkot
waskot
wc-kot
zottekot
Studentenjargon:
kotstudent
kotbaas, kotmadam
kotbaasbedrijf
kotencomplex
kotreglement
kotleven
koteten en daarmee ook kotkilo’s
kotlabel
kotbelasting/kottaks
boerenkot
luxekot
Uitdrukkingen:
kot, het ~ afbreken
dansen, mijn kot staat te ~
kot houden
kot, iemand uit zijn ~ lokken
kot, uit z’n ~ komen
kot, op ~ gaan, vervolgens kot, op ~ zitten
kot, het ~ vrij hebben / kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
kot, het ~ in brand steken
kot, het ~ is te klein
kot, eerst een ~ en dan een varken
Regionaal beperktere uitdrukkingen:
kot, iemand naar zijn ~ rijden
kot, er zijn ~ in hebben
kot, daar hebt ge het ~
sterven op het kot
kotje, in een ~ zitten
> andere betekenissen van koterij
bushokje
Hij stond aan het buskotje met zijn moksje te muilen.
Zijn herstel gaat met rasse schreden vooruit zodanig dat we hem misschien zondag kunnen verwelkomen aan het buskot…met fiets. (bloggen.be)
Het begon zowaar nog te regenen, waardoor ik me terugtrok in het buskot om mijn boterhammen op te eten. (trekkings.be)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.