Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    zwalpei
    (het ~ (o.))

    Persoon die de reputatie heeft zich vaak (quasi) doelloos en/of in beschonken toestand van hier naar daar te begeven.
    Kan ‘van café naar café’ zijn, maar wordt ook uit de oorspronkelijke context getrokken in de betekenis ‘van partner naar partner’, ‘niet stabiel op relationeel vlak’.
    In beide aanduidingen is het pejoratief. De persoon wordt sowieso afgebeeld als nietsnut.
    Ondanks het woord onzijdig is (‘het ei’ en daarom ook ‘het zwalp-ei’), heb ik het enkel nog maar over mannen horen zeggen.

    ook in West-Vlaanderen

    < zwalpei: letterlijk een bedorven of onbebroed ei

    vgl. ook zwalpen

    Op hem ga je toch niet rekenen? Zo’n zwalp-ei!

    “Al die Pennelekkers zyn ‘t meeste deel maer nên hoop zwalpeyërs en quasten, die van geen spaeren en weten, en meer verkwisten aes danze keunen winnen of verleesten, " – uit ’De Sysse-Pannen’, 1797

    Mijn moeder leerde me Della Bosiers kennen, mijn vader gaf me het woord ‘zwalpei’ mee – een woord dat Anthierens zelf ook bezigde, zo leerde ik uit een van zijn brieven. Een woord dat overigens niet rijmt op harpij, zoals de verteller in de documentaire denkt. De klemtoon ligt vooraan, niet achteraan. Een zwalp-ei is een bedorven ei, een lege zak, een stommeling. (demorgen.be)

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 24 Feb 2021 07:19
    0 reactie(s)

    zwalpei
    (het ~ (o.))

    Persoon die de reputatie heeft zich vaak (quasi) doelloos en/of in beschonken toestand van hier naar daar te begeven.
    Kan ‘van café naar café’ zijn, maar wordt ook uit de oorspronkelijke context getrokken in de betekenis ‘van partner naar partner’, ‘niet stabiel op relationeel vlak’.
    In beide aanduidingen is het pejoratief. De persoon wordt sowieso afgebeeld als nietsnut.
    Ondanks het woord onzijdig is (‘het ei’ en daarom ook ‘het zwalp-ei’), heb ik het enkel nog maar over mannen horen zeggen.

    ook in West-Vlaanderen

    < zwalpei: letterlijk een bedorven of onbebroed ei

    Op hem ga je toch niet rekenen? Zo’n zwalp-ei!

    “Al die Pennelekkers zyn ‘t meeste deel maer nên hoop zwalpeyërs en quasten, die van geen spaeren en weten, en meer verkwisten aes danze keunen winnen of verleesten, " – uit ’De Sysse-Pannen’, 1797

    Mijn moeder leerde me Della Bosiers kennen, mijn vader gaf me het woord ‘zwalpei’ mee – een woord dat Anthierens zelf ook bezigde, zo leerde ik uit een van zijn brieven. Een woord dat overigens niet rijmt op harpij, zoals de verteller in de documentaire denkt. De klemtoon ligt vooraan, niet achteraan. Een zwalp-ei is een bedorven ei, een lege zak, een stommeling. (demorgen.be)

    Provincie Oost-Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 24 Feb 2021 07:14
    0 reactie(s)

    flessengeluk
    (zn. o.; ~ken)

    bijgeloof: wie het laatste uit de fles uitdrinkt mag op geluk rekenen

    NL: Amsterdammertje, Rotterdammertje

    google2021: ‘het flessengeluk’: slechts 4 hits in .NL (waarvan al zeker 2 mbt .BE)

    “De benaming flessengeluk zal zijn ontstaan als variant van het veel oudere kannen geluk. Dit woord is al in 1573 opgetekend en was in Vlaanderen aan het eind van de 19de eeuw nog gangbaar.” (ensie.nl)

    Als niemand ‘het flessengeluk’ moet, giet het dan in ijsblokvormpjes en vries in. (nieuwsblad.be)

    Het flessengeluk is voor mij. “Ge gelooft erin of ge gelooft er niet in, hé. Allee, we gaan nog ne keer klinken.” (bruzz.be)

    Ik besef dat terwijl ik me het flessengeluk toeëigen, dat mogelijk het geluk der gelukken is. (blogspot.be)

    De aanstaande vader mocht met het flessengeluk nog een wens doen. (sporza.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 23 Feb 2021 21:20
    0 reactie(s)

    flessengeluk
    (zn. o.; ~ken)

    bijgeloof: wie het laatste uit de fles uitdrinkt mag op geluk rekenen

    NL: Amsterdammertje, Rotterdammertje

    google2021: ‘het flessengeluk’: slechts 4 hits in .NL (waarvan al zeker 2 mbt .BE)

    “De benaming flessengeluk zal zijn ontstaan als variant van het veel oudere kannen geluk. Dit woord is al in 1573 opgetekend en was in Vlaanderen aan het eind van de 19de eeuw nog gangbaar.” (ensie.nl)

    Als niemand ‘het flessengeluk’ moet, giet het dan in ijsblokvormpjes en vries in. (nieuwsblad.be)

    Het flessengeluk is voor mij. “Ge gelooft erin of ge gelooft er niet in, hé. Allee, we gaan nog ne keer klinken.” (bruzz.be)

    Ik besef dat terwijl ik me het flessengeluk toeëigen, dat mogelijk het geluk der gelukken is. (blogspot.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 23 Feb 2021 21:19
    0 reactie(s)

    eerder
    (bw.)

    tamelijk, nogal, vrij

    Van Dale 2018 online: BE, niet algemeen
    DS2015 geen standaardtaal

    “Ja, het gebruik van eerder in de betekenis ‘vrij, tamelijk’, zoals in deze zin, is standaardtaal in België.” (taaltelefoon)

    < Frans plutôt

    De moeder van Hanna is ook eerder ongewoon: ze gaat eerder teruggetrokken door het leven, zwijgt halsstarrig over haar verleden tijdens de oorlogsjaren in Duitsland (zelfs haar man, Henry, komt daar niets over te weten). (uit boekbespreking op www.h-vv.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 23 Feb 2021 17:21
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.