Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    kapot, zich ~ regeren

    zie zich kapot regeren

    -

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jun 2024 11:39
    0 reactie(s)

    regeren, zich kapot ~

    zie zich kapot regeren

    -

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jun 2024 11:38
    0 reactie(s)

    zich kapot regeren
    (uitdr.)

    politiek: door (aanhoudende) regeringsdeelname zijn geloofwaardigheid bij de kiezer onderuit halen

    google 2024: “kapot regeren”: 6 hits in .NL maar dan niet wederkerig, wel bv. in de betekenis van het land kapot regeren

    De Vlaamse partners zouden zich daarin ‘kapot regeren’. (standaard.be)

    “We hebben gebogen voor CD&V”, stelt Bonte. "Dat is wat men noemt “zich kapot regeren” (vrt.be)

    Open Vld neemt al sinds jaar en dag deel aan de macht in België en Vlaanderen, maar lijkt nu helemaal kapot geregeerd. (demorgen.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jun 2024 11:38
    0 reactie(s)

    blageur
    (de ~ (m.), -s)

    iemand met een dikke nek, blaaskaak
    soms ‘blagueur’ gespeld
    uitspraak: blaheur

    → Fr. blagueur > blague (grap, mop)

    Die man met zijn Jaguar is toch wel een blaheur.

    Ik maakte trouwens altijd hetzelfde grapje tegen hem. Dat hij een blageur (Gents voor opschepper, LID/TP) is. Dat hij opschepte met zijn boot, maar dat ik die nooit te zien kreeg." (demorgen.be)

    In het wielertijdschrift Bahamontes noemde uw vrouw hem onlangs een ‘blagueur’. (demorgen.be)

    Regio Gent
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jun 2024 10:17
    3 reactie(s)

    damesvelo
    (znw. de ~ (m.), ~'s)

    damesfiets

    syn. vrouwenvelo

    zie ook velo

    Te koop 2 melkgeiten en lammert alsook occasie velobanden, damesvelo, een kindervelo en mansvelo. (Het Ypersch nieuws, 31 juli 1942)

    als ge da zie staan denkte zowa terug aan die mannen die der op den tijd op knalden, ne veredelden brommer op velobanden me nen 4 in lijn 900cc blok onder (2fast4u.be)

    “Ik rijd op een elektrieken damesvélo. (lacht) Allez, ‘lage-­instapfiets’ noemen ze dat nu.” (Lucien Van Impe in demorgen.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jun 2024 10:12
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.