Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek.
Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed
scheel
dronken (vooral gezegd van vrouwen)
In West-Vlaanderen voor scheel, ook voor dronken (inzonderheid van vrouwen gezegd), en vervolgens als znw. voor: een borrel, jenever (de bo 1873; de laatste bet. ook vermeld in een aant. v. gezelle).
Woordenboek der Nederlandsche Taal: poereloere
zie ook andere betekenis van poerloere als zelfst. nw.
Hij kijkt poerloere.
Zij drinkt zich dikwijls poerloere.
borreltje jenever
er bestaan zeer veel uitspraak- en vormvarianten
zie ook andere betekenis van poerloere als bijv. nw.
“Men zei ook een poereloertje opzetten voor ‘zich bedrinken’. Volgens een Gents woordenboek uit 1950 was deze borrelnaam toen verouderd. De vorm poerloertje werd echter nog in 1984 opgenomen in een studie over de levende Vlaamse volkstaal. "(https://www.ensie.nl/ewoud-sanders/poerloertje)scheel
dronken (vooral gezegd van vrouwen)
In West-Vlaanderen voor scheel, ook voor dronken (inzonderheid van vrouwen gezegd), en vervolgens als znw. voor: een borrel, jenever (de bo 1873; de laatste bet. ook vermeld in een aant. v. gezelle).
Woordenboek der Nederlandsche Taal: poereloere
Hij kijkt poerloere.
Zij drinkt zich dikwijls poerloere.
te veel gedronken, bezopen
zie ook: deirm, pottendarm, zjaak, pottoe, petrol zijn, poepzat
als bijw. poepeloere zat
zie ook poerloere
De Karel was op de trouwfeest poepeloere zat.
Poepeloere was em, niet te doen!
wat maakt dat nu uit? welk voordeel heeft dat? wat heb je daar nou aan?
uitspraak in Antwerpen: klik op het luidsprekertje om het woord te beluisteren
ook korten, niet ~
gekort zijn
Wat is da na gekört da ge u een ongeluk loopt achter dien tram. Hij is toch weg.
schaamhaar bijknippen of afscheren
Antwerpen
’t Is een tof wijf mor ze moet heur gazonneke is laten afrijen.
(Het is een leuke meid maar ze zou haar schaamhaar wat moeten laten bijknippen.)
richtingaanwijzer, pinker
< Frans: clignoteur (knipperlicht)
Dáár se! Clignoteur naar rechts en dan links afdraaien!
Sommige auto’s uit de jaren 60 hadden uitklapbare clignoteurs.
richtingaanwijzer, pinker
< Frans: clignotant (knipperlicht)
Dáár se! Clignoteur naar rechts en dan links afdraaien!
Sommige auto’s uit de jaren 60 hadden uitklapbare clignoteurs.
uitspraakvariant van gas geven
zie ook deurbuzze, buzze, buzze geven
Geef mo goase: vooruit ermee of rijden maar.
uitspraakvariant van gas geven
zie ook deurbuzze, buzze, buzze geven
Geef mo goase: vooruit ermee of rijden maar.
zieden, koken
zie ook zooien, zojjen, gezoden, zoejen (Balen)
vergelijk: Engels to seeth; Duits sieden, sott, gesotten
De moor staat te zoeën op de stoof.
Woordenboek der Nederlandsche Taal:
in de gauwte, in de rapte
De hoedanigheid van gauw, hetzij in de eigenlijke opvatting van vlugheid, gezwindheid, of in de overdrachtelijke van behendigheid. In Vlaamsch België meer gebruikelijk dan in Noord-Nederland, waar het schier uitsluitend gebezigd wordt in de
— Zegsw. In de gauwte, inder haast.
— Met de gauwte, gauw, vlug, gezwind. Alleen in Vlaamsch België.
Moeten de vuilbakken vandaag niet buitengezet worden? Ik zal dat met de gauwte eens doen se swens dat ik toch de garagepoort dicht moet doen.
zieden, koken
zie ook zooien, zojjen, gezoden, zoejen (Balen)
vergelijk: E to seeth D sieden, sott, gesotten
De moor staat te zoeën op de stoof.
zieden, koken
zie ook zooien, zojjen, gezoden, zoejen (Balen)
De moor staat te zoeën op de stoof.
prutser, onhandige persoon
Tsjarel es toch ne guddereejer!
Ondertussen is men in Linter (Vlaams-Brabant) bezig met een verkiezing van het ‘mooiste dialectwoord’. Enkele kandidaten: rauwel (‘lief, schattig’), guddereejer (‘knoeier’) en dosduvel (‘dorsmolen’). (://onzetaal.nl/uploads/editor/Taalpost-m1003.pdf)
spotnaam voor de bewoners van onder andere de gemeentes Stekene en Tremelo
“Als je aan een Stekenaar vraagt naar de spotnaam is er maar een antwoord en dat is “Messenvechter” op zijn plat Stekens “Messevechter” Heb mij vader altijd horen vertellen (1914 geboren+) hoe hij als Kemzekenaar, nu deelgemeente van Stekene, de messenvechters moest ontlopen om te komen vrijen in Stekene (met mijn moeder+) "(http://www.henkdeconinck.be/spotnamen/stekene1.htm)
“Voor het gemeentehuis staat een standbeeld van de hand van Flor Hermans dat de Messenvechters symboliseert.” (https://www.tremelo.be)
Spotnaam van de Aarschottenaars.
vr.: kasseistampster
dim.: kasseistamperke
Oorsprong:
Toen keizerin Maria Theresia in de 18de eeuw aan de macht kwam in de stad heerste er onrust. De stadswacht patrouilleerde tijdens de nacht op de straten om de bewoners te beschermen tegen geweld en diefstal.
De nachtwachters hadden meestal andere plannen om hun nachten te vullen: op café zitten drinken. Dit stelde het volk niet tevreden en eisten daarom dat de stadswacht tijdens hun nachtelijke patrouilles met hun houten klompen op de kasseien stampten. Zo kon iedereen horen dat ze daadwerkelijk hun job aan het doen waren in plaats van op café te zitten drinken.
Zo kreeg de Aarschottenaar in de loop der tijd de naam kasseistamper". (Wikipedia)
zie ook Belgische bijnamen van inwoners
Rik Daems (Open VLD) was 5 jaar lang burgervader van de kasseistampers en Goedele Liekens is een geboren kasseistampster.
Spotnaam van de Aarschottenaars.
vr.: kasseistampster
dim.: kasseistamperke
Oorsprong:
Toen keizerin Maria Theresia in de 18de eeuw aan de macht kwam in de stad heerste er onrust. De stadswacht patrouilleerde tijdens de nacht op de straten om de bewoners te beschermen tegen geweld en diefstal.
De nachtwachters hadden meestal andere plannen om hun nachten te vullen: op café zitten drinken. Dit stelde het volk niet tevreden en eisten daarom dat de stadswacht tijdens hun nachtelijke patrouilles met hun houten klompen op de kasseien stampten. Zo kon iedereen horen dat ze daadwerkelijk hun job aan het doen waren in plaats van op café te zitten drinken.
Zo kreeg de Aarschottenaar in de loop der tijd de naam “kasseistamper”. (Wikipedia)
zie ook Belgische bijnamen van inwoners
Rik Daems (Open VLD) was 5 jaar lang burgervader van de kasseistampers en Goedele Liekens is een geboren kasseistampster.
alfabetische lijst van bijnamen voor inwoners van Belgische gemeenten, steden, dorpen
locofaulisme: een schimp- of scheldnaam voor de inwoners van een bepaalde plaats of streek.
zie ook Belgische sportploegen, Belgische bijnamen van plaatsen, Belgische bijnamen
Ajuin, Ajuinenvreter (Aalstenaar)
Carolo, Karolinger (inwoner van Charleroi: carolorégien of Carolos)
Dikke nek, Likkebaard, Vinstermik, Ossenkop (Hasselaar)
Gapers, Anzegem, Hapert, Kemmel, Lembeke en Maaseik
Kasseistamper inwoner van Aarschot
Kiekefretter (Brusselaar)
Klokkenverver, Peesteker (Herentalsenaar)
Konijnenfretter (Dilbekenaar)
Kopvleesfretter (inwoner van Dendermonde)
Maneblusser (Mechelaar)
Messenvechter (Tremelonaar)
Pieterman, Koeienschieter (Leuvenaar)
Pjeirefretter (Vilvoordenaar)
Schapenkop (Lierenaar)
Sinjoor (Antwerpenaar)
Slijkschepper, Slijktrapper (inwoner van Berchem)
Stroppendrager, Strop (Gentenaar)
Wortelkrabber, Kaffeegieter, Stekskesman, Voddenmarchand (Ninovieter)
Witvoet (Aalstenaar)
Zot (Bruggeling)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.