Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek.
Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed
de periode voor de examens waarin de studenten blokken; bloktijd
Van Dale 2018 online: BE, informeel
> zie andere betekenis van blokperiode
vrt nieuws: “Januari, de scholieren gaan weer naar school, maar voor de studenten is het blokperiode.”
hln.be: Zo vullen Vlaamse studenten hun blokperiode in.
Vrouwen die in de menopauze zijn en aan gewicht bijkomen zijn in hun blokperiode.
> zie andere betekenis van blokperiode
Geen enkele broek past me nog sinds ik in mijn blokperiode ben.
de periode voor de examens waarin de studenten blokken; bloktijd
Van Dale 2018 online: BE, informeel
vrt nieuws: “Januari, de scholieren gaan weer naar school, maar voor de studenten is het blokperiode.”
hln.be: Zo vullen Vlaamse studenten hun blokperiode in.
vallen
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen
vergelijk ineenstuiken, opstuiken, stuiken, er henne ~
Woordenboek der Nederlandsche Taal: stuiken: Neerstorten, neervallen, neergeworpen worden, in ’t bijzonder voorovervallen. In Vlaand., Brab. en ook op Schouwen. In de uitdr. in mekaar stuiken, ineenzakken
> zie andere betekenissen van stuiken
Ik was zo verschoten van da konijn voor mij, dat ik bekan van mijne fiets stuikte.
Hij stuikte van de trap naar beneden.
Stoten.
Stuiken was een spel waarbij iemand een aantal knikkers in zijn hand en ze “stuikte” in een putje (koeleke) in de grond. Daarbij werd gewed tussen de deelnemers of het aantal knikkers in het koeleke paar of onpaar zou zijn. Heel straffe spelers wedden op een bepaald aantal. Als er veel spelers waren, werd er gestuikt met een volle klak. Dit was dus een echt kansspel, maar sommigen trachtten er een behendigheidsspel van te maken door “duimke te houden” en zo het lot letterlijk naar hun hand te zetten.
Staat in Van Dale als omschrijving nummer 8 onder “stuiken”.
Woordenboek der Nederlandsche Taal: stuiken: gewestelijk
Vandaar als naam voor een kinderspel, waarbij de speler in staande houding knikkers, noten enz., met kracht in een kuiltje moet werpen: als er een even getal in ’t putje blijft liggen, wint hij. In Z.-Nederl. en in Geld. en Overijsel; oudtijds ook elders bekend. Ook andere werpspelen heeten stuiken, b.v. in Oostende en omstreken het werpen van een zwaren ijzeren ring naar en zoo mogelijk om een ijzeren staak.
> zie andere betekenissen van stuiken
Ik heb al mijn knikkers (glazers) verloren bij het stuiken.
botsen, aanporren, een duwtje geven, stoten
Woordenboek der Nederlandsche Taal: stuiken: ww. in ’t Westvlaams naar analogie van andere ww. met ui ook sterk. Stooten. In een deel van Vlaanderen.
- De schietspoele stuikt te(g)en ’t stuikblokske, teirl.
- Op iemand stuiken, hem al snel gaande aanstooten, Ald.
- En als in zwarte manteling de meisjes uitkwamen, dan straalden hun oogen vol wilden lust. Dat begon met stuiken aan elkaars ellebogen, en fluisteren, stijn streuvels, Minneh. 1, 72 (1903)
> zie andere betekenissen van stuiken
Je moet zo niet stuiken tegen mijn elleboog, ik zal het wel doen hoor!
botsen, aanporren, een duwtje geven, stoten
Woordenboek der Nederlandsche Taal: stuiken: ww. in ’t Westvlaams naar analogie van andere ww. met ui ook sterk. Stooten. In een deel van Vlaanderen.
- De schietspoele stuikt te(g)en ’t stuikblokske, teirl.
- Op iemand stuiken, hem al snel gaande aanstooten, Ald.
> zie andere betekenissen van stuiken
Je moet zo niet stuiken tegen mijn elleboog, ik zal het wel doen hoor!
duiken
> zie andere betekenissen van stuiken
Ze stuikte van de wipplank schoon het water in.
Eenden stuiken met hun kop in het water om vis te vangen.
Stoten.
Stuiken was een spel waarbij iemand een aantal knikkers in zijn hand en ze “stuikte” in een putje (koeleke) in de grond. Daarbij werd gewed tussen de deelnemers of het aantal knikkers in het koeleke paar of onpaar zou zijn. Heel straffe spelers wedden op een bepaald aantal. Als er veel spelers waren, werd er gestuikt met een volle klak. Dit was dus een echt kansspel, maar sommigen trachtten er een behendigheidsspel van te maken door “duimke te houden” en zo het lot letterlijk naar hun hand te zetten.
Staat in Van Dale als omschrijving nummer 8 onder “stuiken”.
Woordenboek der Nederlandsche Taal: gewestelijk
> zie andere betekenissen van stuiken
Ik heb al mijn knikkers (glazers) verloren bij het stuiken.
seksueel getint, sex hebben
> zie andere betekenissen van stuiken
Ik en mijn ventje hebben samen lekker een potje gestuikt.
Eens lekker stuiken.
afdragen, betalen, afdjokken
Woordenboek der Nederlandsche Taal: De betekenis neerwerpen ligt waarschijnlijk ten grondslag aan geld stuiken, ook alleen: stuiken, geld betalen; vaak met bijgedachte aan dwang, en dan zooveel als: afdokken. In ‘t Vlaams en Antwerpen.
“Hij is nooit de eerste om te stuiken”, De Bo (1873).
“Da’ proces héet ‘em nogal wa’ gekost, hij zal meugen geld stuiken", Cornelissen-Vervliet (1899)
> zie andere betekenissen van stuiken
Hij wou gouden kranen in zijn badkamer. Wel, al zijn ze maar verguld, hij zal mogen stuiken.
onder invloed zijn van geestverruimende middelen
> zie andere betekenissen van stuiken
“Zo stuiken dak dee vorig weekend”
(Vorig weekend was ik erg onder invloed.)
botsen, aanporren, een duwtje geven, stoten
> zie andere betekenissen van stuiken
Je moet zo niet stuiken tegen mijn elleboog, ik zal het wel doen hoor!
vallen
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen
vergelijk ineenstuiken, opstuiken, stuiken, er henne ~
> zie andere betekenissen van stuiken
Ik was zo verschoten van da konijn voor mij, dat ik bekan van mijne fiets stuikte.
Hij stuikte van de trap naar beneden.
vallen
Van Dale 2013 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen
vergelijk ineenstuiken, opstuiken, stuiken, er henne ~
Ik was zo verschoten van da konijn voor mij, dat ik bekan van mijne fiets stuikte.
Hij stuikte van de trap naar beneden.
de restanten klei die aan de rand van een geboetseerd beeld of een beeld uit een mal overblijven, terug bewerken
Woordenboek der Nederlandsche Taal: vroeger in de steenbakkerij: de klei die na het vormen der steenen overblijft, opnieuw bewerken (Cornelissen-Vervliet (1899-1906)). In Antwerpen en omgeving.
> zie andere betekenissen van stuiken
Van die gestuikte klei kunt ge nog wat duimpotjes maken voor uw theelichtjescollectie.
pannenkoek
Woordenboek der Nederlandsche Taal: "Koekebak… Het gewone woord in een groot deel van Zuid-Nederland voor pannekoek
ook in Oost-Vlaanderen, VlaamsBrabant
Wat moet g’ hebben? Koekenbakken of wafels?
“Toen de reuk van den eersten koekebak in den neus drong, begon hij van eetlust te watertanden” Conscience (ed. 1869).
> andere betekenis van koekenbak
aanranden
In het Algemeen Nederlands is dit verouderd, maar in de Antwerpse Kempen wordt het toch nog gebruikt.
Hebt ge het al gehoord? Ze hebben Jeanneke van den bakker aangedaan toen ze ’s avonds naar huis reed met de velo.
drinken (bier), of alg. op café gaan
zie ook lappen, op de ~ gaan, pakken, pintenpakker
ook enkelvoud: een pint pakken
De Jean is niet thuis, hij is gaan pinten pakken.
Ik ben ermee weg, ik ga een pint pakken.
Wat denkt ge, gaan we een pint pakken?
Wanneer gaan we nog een samen pinten pakken?
ongeveer hetzelfde als de wet van Murphy
Voor dien ene keer dat ik mijne paraplu niet bijhad, is het beginnen regenen dat het goot! Dat zult ge altijd zien!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.