Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent
De onderstaande definities zijn de laatst gewijzigde definities van Vlaamse termen in ons woordenboek.
Deze lijst is ook beschikbaar als RSS Feed
smossen, morsen
/’sm.e g.e l.en/ (3x doffe e)
Je boterhammen niet in de living opeten, je smeuggelt alles vol!
morsen; snoepen
vgl. smosjtereer
zie ook: smossen
vnl. in het Brusselse
En als ge nu nog smos(j)tert, kunt ge het zelf opkuisen!
Als gij zo blijft smos(j)teren, gaan uw tanden uit uw smoel vallen!
lente, bloeitijd
zie ook uitkom
Na de winter, in het vroegjaar, zal ik onze tuin nog eens omspitten.
morsen
Als jij kookt, is de keuken altijd vol gebraggeld.
zeer heet, gloeiend
komt van gloeiendig
Het water op de kachelpot is geluntig heet.
mouwloos, aan de hals uitgesneden, aansluitend hemd dat wordt gedragen als onderlijfke of als T-shirt
< Frans: le marcel.
De naam is ontstaan in de 19de eeuw wanneer de “Etablissements Marcel” het kledingstuk in serie fabriceerden.
Bron: Wikipedia Frans: débardeur
Van Dale 2015 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal.
Nederland: singlet
zie synoniemen bij onderlijfke
zie ook verzamellemma kledij
Onder mijne pull heb ik altijd een marcelleke aan.
‘Wie loopt bij deze hitte dan niet in een marcelleke’ (demorgen.be – H.Camps)
In “marcelleke” of bikini op zeedijk Knokke-Heist? U riskeert een boete van 250 euro (vrt.be)
morsen
variant van gusselen
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Gudsen, gudsend stroomen. Van vloeistoffen, maar bij vergelijking ook van droge waren.
Gusselen, gosselen. Fland. j. storten, Kiliaan (1588).
— Het water gusselt door de spleten van de sasdeuren, De Bo (1892).
- Het graan gusselt er uit, zeggen de derschers sprekende van het koorn, dat … gemakkelijk en in menigte uit de aren springt, De Bo.
Wat zit ge daar toch met uw eten te gosselen!
Etymologie: Middelnederlands: onder meer ‘enioen’, ‘enguun’, etc… (vergelijk Frans ‘oignon’ en Engels ‘onion’). In hedendaagse Nederlands werd dit vanaf 16de eeuw ‘ajuin’, uitgezonderd in West-Vlaanderen
najaar
uitspraak: boamestaat
zie ook bamis
In de boamestaat worden de gewassen binnen gehaald.
schommel
zie ook: bies, biezabijs, bijs, bijze, boes, boeschcammeré, boesjkammeree, ratak, ratek, renne, rennekoker, rietseko, rijtak, sturrel, stuur, toeter, touter, wippentater, zwier
De kleine zit op de suur.
letterlijk ‘vroegtijd’
voorjaar
zie ook uitkom
In de vruchtaad worden de gewassen geplant.
“Ne schoone vruugtijd” (Cornelissen, 1899)
vruchtensalade, fruitsalade
zie ook verzamellemma groenten en fruit
Wat wilt ge voor dessert: fruitsla of een ijskreem?
1) eigenaardig, vreemd, zonderling, raar
2) draaierig, onpasselijk, mottig
wnt:
1. Eigenaardig, van een bijzonderen aard, gewoonlijk in ongunstigen zin. In die pregnante ongunstige bet. ”een vreemden aard hebbende”, die in het Vlaamsch nog de gewone is, komt het al bij a. bijns (Anna Bijns, 16de E.) voor.
2. Onpasselijk, misselijk.
Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, niet algemeen
niet te verwarren met raar
1) Da’s aardig, ik had die mens daar niet zien staan.
2) Marie wordt aardig, ga vlug naar buiten met haar in de frisse lucht.
morsen
Ik heb heel mijn broek vol met koffie geswanseld.
zie: poepgelei
Klik op de afbeelding
![]()
Een boterham met poepsiroop.
“Luikse siroop roept wrange herinneringen op aan mijn legertijd. Elke morgen poepsiroop!” (forum.politics.be 3 jan. 2016)
lastig
Hij is weer pettig. Hij zal slecht geslapen hebben zeker.
piepschuim, polystyreen
ook: isomoschuim (zie voorbeelden)
< afgeleid van de merknaam Isomo (Isolation Moderne)
Van Dale 2018 online: BE, spreektaal
zie ook frigoliet; verzamellemma verwaterde merknamen
Elektronische apparatuur wordt ingepakt in isomo.
Glaswolisolatie op het dak, in de muren en isomoschuim in de vloeren. (blog.seniorennet.be)
ziedaar, kijk
< Frans “voilà” (zie daar)
Van Dale: voilà (tussenwerpsel), ziedaar, kijk!
zie ook ziedes se
Voila, daar hebt ge het al.
Voila zie, het eten is klaar.
Voila se, ’t is gefikst.
schommel
Woordenboek der Nederlandsche Taal, bij bijze: In Zuid-Nederland is bijs, bijze hier en daar de naam voor een schommel.
vergelijk bijzen
zie ook: bies, biezabijs, bijze, boes, boeschcammeré, boesjkammeree, ratak, ratek, renne, rennekoker, rietseko, rijtak, sturrel, stuur, suur, toeter, touter, wippentater, zwier
Als gij op de bijs gaat zitten, zal ik u duwen.
> andere betekenis van bijs
in paniek geraken, panische schrik krijgen
vnw: pani(e)keren:
•in paniek raken of zijn, paniekerig doen
is standaardtaal in België
SN: in paniek raken (vrt Taalnet)
Van Dale 2016 online: BE
in Nederland: panieken
→ Fr. paniquer < la panique < Pan (de bosgod Pan joeg mensen en nimfen door zijn verschijningen angst aan)
zie ook panikeur; niet panikeren
Ze begon helemaal te panikeren, toen ze merkte dat ze de trein had gemist.
Maar toen ze twaalf meter gedaald was, zag ze duidelijk het hachelijke van haar situatie in en panikeerde. (vrt.be)
Evenepoel verliest gele trui in bergrit, maar panikeert niet. (demorgen.be)
Enkel Kums is dan nog niet einde contract.De resultaten zijn slecht, maar ik hoop het bestuur niet paniekeert. (voetbalprimeur.be)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
