Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    Woorden die beginnen met 'aan'

    1. aana (2)
    2. aanb (11)
    3. aand (19)
    4. aane (10)
    5. aanf (1)
    6. aang (19)
    7. aanh (20)
    8. aanj (1)
    9. aank (21)
    10. aanl (12)
    11. aanm (2)
    12. aanp (7)
    13. aanr (7)
    14. aans (30)
    15. aant (13)
    16. aanv (14)
    17. aanw (10)
    18. aanz (4)

    De volgende 226 termen in onze databank beginnen met 'aan':

    aan
    aan alle mooie liedjes komt een eind
    aan alle schone liedjes komt een eind
    aan boord leggen
    aan de grondslag liggen van
    aan de kap liggen met
    aan de klap
    aan de klap blijven
    aan de lichten
    aan de natie
    aan de pluimen kent men de vogel
    aan de rappe zijn
    aan de rekker hangen
    aan de ribben (blijven) plakken, kleven
    aan de ribben plakken
    aan de Schelde
    aan den dop staan
    aan den ene kant
    aan den ols
    aan dingelen
    aan een tafel zitten
    aan een tempo
    aan en aan
    aan herstelling toe
    aan het ges houden
    aan iemand zijn
    aan iets zijn
    aan je viool
    aan of omtrent
    aan te nemen, bijna niet ~
    aan tijd
    aan zijn broek houden
    aan zijn plafond zitten
    aan, er ~ zijn
    aan, van ~ zijn
    aan, zich interesseren ~
    aanaarden
    aanaavende
    aanbakken
    aanbakselrest
    aanbelangen
    aanbieden, zich ~
    aanbieder, historische ~
    aanbieding, in ~
    aanbollen, komen ~
    aanbrengen aan
    aanbusselen
    aandacht
    aandacht trekken op
    aandacht, de ~ trekken op
    aandacht, de ~ weerhouden
    aandachtig worden voor
    aandampen
    aandienen
    aandienen, zich ~
    aandikken
    aandoen
    aandoen, dich ~
    aandoening, onderliggende ~
    aandoon, zich ~
    aandrang, met ~
    aandraven, komen ~ met
    aanduffelen
    aanduiden
    aanduiding
    aaneen
    aaneen-
    aaneenaan
    aan­een­brei­en
    aaneenhangen
    aaneenkoeken
    aaneenpinnen
    aaneenplakken
    aaneenpraten
    aaneirden
    aanfronsen
    aangaan
    aangebrand
    aangedaan
    aangegaan
    aangegeven
    aangeladen
    aangemaakt zijn met
    aangesanderd zijn
    aangespoelde
    aangesteveld komen
    aangestoten komen
    aangetakeld van de kapel
    aangetrouwd is aangescheten
    aangeven
    aangeven, niet ~
    aangevezen
    aangewezen
    aangroeipremie
    aanhaken
    aanhalen
    aanhamen
    aanhang
    aanhangen
    aanhangen, er ~
    aanhangwagentje, het ~ zijn
    aanhebben, iets ~ van iemand
    aanhechten, zich ~
    aanhoren
    aanhorigheid
    aanhouden
    aanhouden met
    aanhouder
    aanhouderij
    aanhoudingsmandaat
    aanhoudster
    aanjeiren
    aankijken, uzelf ~
    aanklagen
    aanklampend beleid
    aanklappen
    aanklavetteren
    aankleven
    aanknopen met
    aankomen
    aankomen, van ver horen ~
    aankomend(e)
    aankomstlijn
    aankomststrook
    aankondigen, zich ~
    aankondiging
    aankondigingsbeleid
    aankondigingsblad
    aankondigingspolitiek
    aankoopverantwoordelijke
    aankorten
    aankunnen
    aanlaaien
    aanladen
    aanleg, rechtbank van eerste ~
    aanleggen
    aanlegplan
    aanleiden
    aanleunen bij
    aanloggen
    aanloopleren
    aanlooples
    aanloopwagen
    aanmaken
    aanmeten, zich iets laten ~
    aanpakken
    aanpakken, iemand goed ~
    aanpassingsklas
    aanpikken (bij)
    aanplakbrief
    aanplakken, het er laten ~
    aanporren
    aanranden
    aanranding
    aanranken
    aanrekemmedere
    aanrekenen
    aanrekening
    aanroepen
    aans
    aanschieter
    aanschijn, het ~ van
    aanschuiven
    aansingelen
    aansjtoeaten, (aansjtoeate)
    aanslagbrief
    aanslagen
    aanslagjaar
    aanslagvoet
    aansleep
    aanslepen
    aanslijper
    aansluieren
    aansmeren
    aansmeren, een nederlaag ~
    aansmodderen
    aanspelen
    aansprakelijkheid, burgerlijke ~
    aanspringen
    aansteken
    aansteker
    aanstesselen, komen ~
    aanstoken, op ~ van
    aanstootgevend
    aanstormen
    aanstoten
    aantakelen
    aantal, in ~
    aantijden
    aantijdens
    aantijds
    aantijgening
    aantoortelen
    aantrek hebben
    aantrekken, iemand ~
    aantrekken, zich niet van ~
    aantrekken, zijn eigen van niets iet ~
    aantrok
    aantujetelen
    aanvaarden
    aanvaarding
    aanvaardingsplicht
    aanvang, van bij de ~
    aanvangen
    aanvaringskoers, op ~ zitten
    aanvatten
    aanvijzen
    aanvil
    aanvliegen
    aanvoelen, naar eigen ~
    aanvraag, op algemene ~
    aanvragen
    aanwerven
    aanwerving
    aanwervingsdienst
    aanwervingslokaal
    aanwervingspremie
    aanwervingsreserve
    aanwervingsstop
    aanwezigheidsblad
    aanwezigheidslijst
    aanwezigheidsregister
    aanzetten
    aanzichte
    aanzien als
    aanzien voor

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.