Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    flemmen

    De beschrijving van deze term werd 10 keer aangepast.

    Versie 10

    flemmen
    (ww. flemde, geflemd)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    zie ook flem, de ~ hebben

    < Fr. avoir la flemme
    < It. flemma: traagheid

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Flemmen, flimmen, niets doen, ook: lanterfanten; lui zijn.
    Na de maaltijd flimt hij in zijnen zetel en rookt een cigaartje, De Bo (1873).

    ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.

    In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 23 Oct 2018 14:29
    0 reactie(s)

    Versie 9

    flemmen
    (ww. flemde, geflemd)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    zie ook flem, de ~ hebben

    < Fr. avoir la flemme
    < It. flemma: traagheid

    WNT: Flemmen, flimmen, niets doen, ook: lanterfanten; lui zijn.
    Na de maaltijd flimt hij in zijnen zetel en rookt een cigaartje, De Bo (1873).

    ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.

    In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.

    Regio Antwerpen
    Bewerking door fansy op 11 Apr 2017 02:46
    0 reactie(s)

    Versie 8

    flemmen
    (ww. flemde, geflemd)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    zie ook flem, de ~hebben

    < Fr. avoir la flemme
    < It. flemma = traagheid

    WNT:
    Flemmen, flimmen, niets doen, ook: lanterfanten; lui zijn.
    — Na de maaltijd flimt hij in zijnen zetel en rookt een cigaartje, De Bo (1873).

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door fansy op 11 Apr 2017 02:44
    0 reactie(s)

    Versie 7

    flemmen
    (ww. flemde, geflemd)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    zie ook flem, de ~hebben

    < Fr. avoir la flemme < It. flemma = traagheid

    WNT:
    Flemmen, flimmen, niets doen, ook: lanterfanten; lui zijn.
    — Na de maaltijd flimt hij in zijnen zetel en rookt een cigaartje, De Bo (1873).

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 30 Sep 2015 15:48
    0 reactie(s)

    Versie 6

    flemmen
    (ww. flemde, geflemd)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    zie ook flem, de ~hebben

    < Fr. avoir la flemme < It. flemma = traagheid

    WNT:
    Flemmen, flimmen, niets doen, ook: lanterfanten; lui zijn.
    V. SINT-JAN, W.-Vl. v. Gezelle 152 (1930).
    — Na de maaltijd flimt hij in zijnen zetel en rookt een cigaartje, DE BO (1873).

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door Marcus op 20 Nov 2014 17:00
    0 reactie(s)

    Versie 5

    flemmen
    (ww. flemde, geflemd)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    zie ook flem, de ~hebben

    < Fr. avoir la flemme < It. flemma = traagheid

    WNT:
    Flemmen, flimmen, niets doen, ook: lanterfanten; lui zijn.
    V. SINT-JAN, W.-Vl. v. Gezelle 152 (1930).
    — Na de maaltijd flimt hij in zijnen zetel en rookt een cigaartje, DE BO (1873).

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door fansy op 09 Feb 2014 06:48
    0 reactie(s)

    Versie 4

    flemmen
    (ww. flemde, geflemd)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    zie ook flem, de ~hebben

    < Fr. avoir la flemme < It. flemma = traagheid

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door fansy op 09 Feb 2014 06:46
    0 reactie(s)

    Versie 3

    flem, de ~ hebben
    (uitdr.)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    ook flemmen (Antw.)

    < Fr. avoir la flemme < It. flemma = traagheid

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 27 Aug 2011 14:53
    0 reactie(s)

    Versie 2

    flem, de ~ hebben
    (uitdr.)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    ook flemmen (Antw.)

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niets moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door haloewie op 26 Apr 2010 03:08
    0 reactie(s)

    Versie 1

    flem, de ~ hebben
    (uitdr.)

    lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
    ook flemmen (Antw.)

    • ‘Dat gaat niet pakken. Een kermis is een geseling waard. Opstaan! Als ge laat zijt uitgeweest, is flemmen niet aan de orde’, was het oordeel van ons moeder.
    • In de vakantie, als niet moet of hoeft, heb ik wel eens de flem. Laat me dan maar liggen.
    Regio Antwerpen
    Bewerking door haloewie op 26 Apr 2010 03:07
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.