Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wees welgekomen | Willekeurig | Top woorden | Recent

    van zijn paretten maken

    De beschrijving van deze term werd 9 keer aangepast.

    Versie 9

    van zijn paretten maken
    (zegswijze)

    zie paretten, van zijn ~ maken

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: PARETTE — Daarnaast pret(te) Een in Zuid-Nederland, meestal in het meervoud voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret en verwant met Part en Prat.
    1. Pralerij, snoevende manier van doen. Vergelijk bij Kiliaan: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.
    “Hij maakt veel p(a)retten”, De Bo (1873).

    “Het waren hier vooral de bussiness-mannen, stijf in kostuum, met plastron, die van hun paretten gingen maken tegen de polies, terwijl een ruige motard gezellig en beleefd een praatje maakte met ome agent :-)” (uit een forum)

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 11 Aug 2018 23:14
    2 reactie(s)

    Versie 8

    van zijn paretten maken
    (zegswijze)

    zie paretten, van zijn ~ maken

    WNT:PARETTE — Daarnaast pret(te) Een in Zuid-Nederland, meestal in het meervoud voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret en verwant met Part en Prat.
    1. Pralerij, snoevende manier van doen. Vergelijk bij Kiliaan: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.
    “Hij maakt veel p(a)retten”, De Bo (1873).

    “Het waren hier vooral de bussiness-mannen, stijf in kostuum, met plastron, die van hun paretten gingen maken tegen de polies, terwijl een ruige motard gezellig en beleefd een praatje maakte met ome agent :-)” (uit een forum)

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 20 Mar 2017 14:27
    2 reactie(s)

    Versie 7

    van zijn paretten maken
    (zegswijze)

    zie paretten, van zijn ~ maken

    “Het waren hier vooral de bussiness-mannen, stijf in kostuum, met plastron, die van hun paretten gingen maken tegen de polies, terwijl een ruige motard gezellig en beleefd een praatje maakte met ome agent :-)” (uit een forum)

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door de Bon op 25 Apr 2016 15:26
    2 reactie(s)

    Versie 6

    paretten, van zijn ~ geven
    (zegswijze)

    1. Pralerij, snoevende manier van doen. Verg. bij Kiliaan: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.
    Hij maakt veel p(a)retten, De Bo (1873).
    Wie heeft er u geleerd van al die paretten te maken? Joos (1900-1904).

    2. Part, gril, kuur.
    Zijn paretten spelen, Corn.-Vervl. (en Schuerm. (1865-1870)).
    Ze heeft vandaag heur paretten gehad, Joos (1900-1904).
    zie ook pet, petten

    3. Aardig voorval, ongeval, ”spel”. In de verbinding: paretten hebben.
    De voerman had paretten mee ze’ pèèrd, het begost te springen en te steigeren, Corn.-Vervl.
    Ik heb daar gisteren op de groote baan een paretje gehad, er vroeg mij een gewapende man naar toebakgeld, Joos (1900-1904).

    WNT: Parette: znw. vr., mv. -ten. Daarnaast pret(te) Een in Z.-Nederl., meestal in het mv. voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret en verwant met Part en Prat
    Samenst. Parettemaker, windmaker, beslagmaker (De Bo (1873); Joos (1900-1904)).

    vgl. Gent: perrewettenmaker, bij perrewetten maken

    1) Amai, sinds ze met die BV is, heeft ze veel paretten bij.

    2) Die klein kreeg haar goesting niet en toen kreeg ze ineens haar paretten.

    3) Met dien hond van mijne zoon heb ik een serieuze paret gehad. Hij beet in de draad van het strijkijzer, trok eraan en het viel van de strijkplank de grond op en bijna op zijne kop ook nog.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 20 May 2015 21:07
    2 reactie(s)

    Versie 5

    paretten, van zijn ~ geven

    WNT:
    PARETTE, znw. vr., mv. -ten. Daarnaast pret(te) Een in Z.-Nederl., meestal in het mv. voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret en verwant met Part en Prat

    1. Pralerij, snoevende manier van doen. Verg. bij Kiliaan: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.
    Hij maakt veel p(a)retten, De Bo (1873).
    Wie heeft er u geleerd van al die paretten te maken? Joos (1900-1904).

    2. Part, gril, kuur.
    Zijn paretten spelen, Corn.-Vervl. (en Schuerm. (1865-1870)).
    Ze heeft vandaag heur paretten gehad, Joos (1900-1904).
    zie ook pet, petten

    3. Aardig voorval, ongeval, ”spel”. In de verbinding: paretten hebben.
    De voerman had paretten mee ze’ pèèrd, het begost te springen en te steigeren, Corn.-Vervl.
    Ik heb daar gisteren op de groote baan een paretje gehad, er vroeg mij een gewapende man naar toebakgeld, Joos (1900-1904).

    Samenst. Parettemaker, windmaker, beslagmaker (De Bo (1873); Joos (1900-1904)). WNT
    vgl. Gent: perrewettenmaker, bij perrewetten maken

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 24 Aug 2014 04:13
    2 reactie(s)

    Versie 4

    paretten, van zijn ~ geven

    WNT:
    PARETTE, znw. vr., mv. -ten. Daarnaast pret(te) Een in Z.-Nederl., meestal in het mv. voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret en verwant met Part en Prat

    1. Pralerij, snoevende manier van doen. Verg. bij Kiliaan: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.
    Hij maakt veel p(a)retten, De Bo (1873).
    Wie heeft er u geleerd van al die paretten te maken? Joos (1900-1904).

    2. Part, gril, kuur.
    Zijn paretten spelen, Corn.-Vervl. (en Schuerm. (1865-1870)).
    Ze heeft vandaag heur paretten gehad, Joos (1900-1904).

    3. Aardig voorval, ongeval, ”spel”. In de verbinding: paretten hebben.
    De voerman had paretten mee ze’ pèèrd, het begost te springen en te steigeren, Corn.-Vervl.
    Ik heb daar gisteren op de groote baan een paretje gehad, er vroeg mij een gewapende man naar toebakgeld, Joos (1900-1904).

    Samenst. Parettemaker, windmaker, beslagmaker (De Bo (1873); Joos (1900-1904)). WNT
    vgl. Gent: perrewettenmaker, bij perrewetten maken

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 21 Apr 2012 14:08
    2 reactie(s)

    Versie 3

    paretten, van zijn ~ geven

    WNT:
    PARETTE, znw. vr., mv. -ten. Daarnaast pret(te) Een in Z.-Nederl., meestal in het mv. voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret en verwant met Part en Prat

    1. Pralerij, snoevende manier van doen. Verg. bij Kiliaan: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.
    Hij maakt veel p(a)retten, De Bo (1873).
    Wie heeft er u geleerd van al die paretten te maken? Joos (1900-1904).

    2. Part, gril, kuur.
    Zijn paretten spelen, Corn.-Vervl. (en Schuerm. (1865-1870)).
    Ze heeft vandaag heur paretten gehad, Joos (1900-1904).

    3. Aardig voorval, ongeval, ”spel”. In de verbinding: paretten hebben.
    De voerman had paretten mee ze’ pèèrd, het begost te springen en te steigeren, Corn.-Vervl.
    Ik heb daar gisteren op de groote baan een paretje gehad, er vroeg mij een gewapende man naar toebakgeld, Joos (1900-1904).

    Samenst. Parettemaker, windmaker, beslagmaker (De Bo (1873); Joos (1900-1904)). WNT
    vgl. Gent: perrewettenmaker, bij perrewetten maken

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 29 Mar 2012 15:11
    2 reactie(s)

    Versie 2

    paretten, van zijn ~ geven

    WNT:
    PARETTE, znw. vr., mv. -ten. Daarnaast pret(te) Een in Z.-Nederl., meestal in het mv. voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret en verwant met Part en Prat

    1. Pralerij, snoevende manier van doen. Verg. bij Kiliaan: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.
    Hij maakt veel p(a)retten, De Bo (1873).
    Wie heeft er u geleerd van al die paretten te maken? Joos (1900-1904).

    2. Part, gril, kuur.
    Zijn paretten spelen, Corn.-Vervl. (en Schuerm. (1865-1870)).
    Ze heeft vandaag heur paretten gehad, Joos (1900-1904).

    3. Aardig voorval, ongeval, ”spel”. In de verbinding: paretten hebben.
    De voerman had paretten mee ze’ pèèrd, het begost te springen en te steigeren, Corn.-Vervl.
    Ik heb daar gisteren op de groote baan een paretje gehad, er vroeg mij een gewapende man naar toebakgeld, Joos (1900-1904).

    Samenst. Parettemaker, windmaker, beslagmaker (De Bo (1873); Joos (1900-1904)).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 29 Mar 2012 15:06
    2 reactie(s)

    Versie 1

    paretten, van zijn ~ geven

    (uit : WNT ) : — PARETTE — (klemt. op de 2de lettergr.), znw. vr., mv. -ten. Daarnaast pret(te) Een in Z.-Nederl., meestal in het mv. voorkomend woord, dat waarschijnlijk één is met Pret (zie dus verder aldaar) en verwant met Part (I) en Prat (vergelijk die woorden).
    ?1. Pralerij, snoevende manier van doen. Verg. bij KIL.: ”pratte, parte. Arrogantia, audax facinus”.

    Hij maakt veel p(a)retten, DE BO 1873.
    Wie heeft er u geleerd van al die paretten te maken? JOOS 1900-1904.

    ?2. Part, gril, kuur.

    Zijn paretten spelen, CORN.-VERVL. (en SCHUERM. 1865-1870).
    Ze heeft vandaag heur paretten gehad, JOOS 1900-1904.
    ?3. Aardig voorval, ongeval, ”spel”. In de verbinding: paretten hebben.

    De voerman had paretten mee ze’ pèèrd, het begost te springen en te steigeren, CORN.-VERVL.
    Ik heb daar gisteren op de groote baan een paretje gehad, er vroeg mij een gewapende man naar toebakgeld, JOOS 1900-1904.
    Samenst. Parettemaker, windmaker, beslagmaker (DE BO 1873; JOOS 1900-1904).

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door G12670 op 03 Aug 2011 17:16
    2 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.