Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
oogvuil, ogendracht, ‘prut’ in de ogen
vgl. prut, krotoge, biske, slaperke
Het kind liep met lepen in de ogen.
oogvuil, ogendracht, ‘prut’ in de ogen
vgl. prut, krotoge, biskes, slaperke
Het kind liep met lepen in de ogen.
Dun, zonder echte kleur, flauw haar. Sluik haar dat zonder veel fut naar beneden valt en geen specifieke kleur heeft. Donker blond, geel, beige?
Dat arme meiske had geen geluk, ze had het melkboerenhondenhaar van haar moeder geërfd. Het zag er nooit eens vrolijk of mooi uit.
met iemand kunnen opschieten, met hem/haar overweg kunnen
Ik kan niet over de baan met domme, arrogante mensen.
We kunnen goed over de baan met onze Oosteuropese buren, toffe, vriendelijke mensen.
kampeerwagen, camper
meer gebruikt in Vlaand.:‘mobiloom’
in Ned.: ‘kèmper’ of motorhome
mobilhome is standaardtaal in België (VRT-Taalnet)
Tijdens de zomervakantie rijdt er een grote troep Hollanders met hun caravan of mobilhome door België heen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.