Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
hoor
uitspraak: tweemaal doffe e
andere spelling: zene
in korte vorm ze
Da hemme kik ni gedaan, zenne!
Goe gedaan, ze!
> zie andere betekenissen van zenne
wortel
Ik heb vandaag pekes en etjes met worst gegeten.
> andere betekenis van peke
worteltjes
diminutief van pee
klik op de afbeelding
Peekes in verschillende kleuren
We eten korteletten met peekes en ertjes.
Geef mij een kilo peekes, a.u.b!
wortel
dim.: peeke
Woordenboek der Nederlandsche Taal: pee is de oorspronkelijke vorm van peen die in Zuid-Nederland, Zeeland en een deel van Noord-Brabant en Zuid-Holland nog de gewone is.
We eten erwtjes met peekes.
> andere betekenis van pee
De Vlaamse garderobe ziet er betrekkelijk anders uit dan de Nederlandse. In dit lemma bewaren we een lijst van allerlei Vlaamse kledingsstukken en gerelateerde terminologie, evenals uitdrukkingen die naar deze kledij verwijzen. Een aanzienlijk deel van deze terminologie is (duidelijk) geleend van de zuiderburen, maar er zijn ook verschillende gevallen waarbij de Hollander, en dus de Nederlandse standaardtaal, een Frans woord gebruikt, terwijl de Vlaming er zelf een woord voor heeft bedacht. Bij de gelinkte lemma’s zijn er bovendien nog talloze andere namen voor kledingsstukken te vinden.
kledij:
aanstekers
baai
bain de soleil
badkostuum
blokken
botten
bottinen
bovenlijfke
bretellen
broeksriem
centuur
combiné
cravat
debardeur
duffelcoat
frak
frennen
frulleke
fuck-me-botjes
gaine
gilet
golf
gordel
hemd
kap
kaptrui
kaspoesjeir
kepie
klak
kleed(je) (+ avondkleed, bloemekeskleed, communiekleed, doopkleed, slaapkleed, trouwkleed, zomerkleed, …)
kloef
kloon
knop
kostuum
kousen
kousenbroek
k-way
lits
maillot
manchetknop
mantel
marcelleke
nestels
neuke
onderhemd
onderlijfke
onderpull
overal
palto
pantoffels
pelse frak
pitteleir
plastron
pots
pression
pull
regenscherm
rijkoord
sacoche
salopette
short
sjerp
skibot
sletsen
sloefen
sous-pull
swieter
tailleur
tallon
tenue
tiret
vellen frak
vest
veston
voorschoot
vriezebroek
zot
werkwoorden:
fronsen
opplooien
plooien
sletsen
tailleren
varia:
afgeborsteld
avondkledij
coupe regentes
droogkast
droogkuis
gele hesjes
hiel
kapstok
mottenbol
okselvijver
smink
solden
tent
wasmachien
uitdrukkingen:
broek, de ~ dragen
ene frak en twee schoenen
frak, amaai mijne ~
Jean met de klak
kiekens, de ~ zitten door den draad
klak, amai mijn ~
klak, er met de ~ naar gooien
kleedje, in een nieuw ~ steken
klonen, de ~ van iets aanhebben
kroon, de ~ ontbloten
met de klak rondgaan
nestel, zijnen ~ afdraaien
sloef, op zijn ~en afkomen
uit een doosje komen
voorschoot, een ~ groot
> andere betekenis van kledij
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.