Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
In plank hout: rond stuk waar vroeger een tak zat.
(In Ned.: een noest, knoest of kwast.)
Fig. op ne wier zitten, blijven doorzagen over een onderwerp.
zie ook: weer
Ge zit just op ne wier, dus dieje nagel godde daar ni deurkrijge!
Als hij aan het snurken is zit hij percies op ne wier.
helemaal niks weten, niet op de hoogte zijn van bepaalde feiten.
W-VL: van tutten noch van blazen weten
Hij had me helemaal niet ingelicht; ik wist van toeten of van blazen.
Op het politiebureau merkten ze meteen dat hij van geen feiten wist.
De flieken zagen dierikt da tie van tutten nog van bloazen wiste.
(bart de busscher, 3 jul 2014)
zeuren, zagen
m.: ne krefter of ne kreft
v.: een kreft
Zie: http://gerdernissen.wordpress.com/2007/08/18/kreften-over-hoeken-af-en-iemand-opeten/
’t Is niet omdat ge vies gezind zijt, dat ge tegen ons moet beginnen kreften!
het zagen, het zeuren
Ik heb hem zijn goesting maar gegeven om van zijn gezaag van af te zijn.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.