Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
luchtpijp, trachea
ze ook luchtader
Bij de valse kroep zwelt de strootpijp op, vandaar het piepen bij het ademhalen.
luchtpijp, trachea
zie ok strootpijp
WNT: lucht: Luchtader, oude, in ’t Westvl. nog wel eens gebruikte naam voor de luchtpijp
”De Stroot-pijp ofte Lucht-ader, dewelcke als een langhe pijp de lucht door den hals in de Longen brenght”, v. beverw., Schat d. Onges. 1, 133 a (1642))
Als iemand zijn eigen verslikt is dat een teken dat er speeksel of elk ander vocht of voedsel in de luchtader terecht komt.
grabbelen, grijpen, vastpakken
regio Boom en Lier
Groebbelt maar een paar handsvolle rijst uit de zak en doet het maar in het kokende water.
Het kind groebbelt wat noten uit de mand.
grabbelen, grijpen, vastpakken
regio Boom en Lier
Groebbelt maar een paar handsvolle rijst uit de zak en doet het maar in het kokende water.
Het kind groebbelt wat noten uit de mand.
grabbelen, grijpen, vastpakken
Groebbelt maar een paar handsvolle rijst uit de zak en doet het maar in het kokende water.
Het kind groebbelt wat noten uit de mand.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.