Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
afrossen, aftroeven, afranselen, aframmelen, afmotten
Onzen buurman peert z’n vrouw altijd af als hij met z’n zatte botte thuiskomt.
deksel, schijf
eigenlijk: Middelnederlands: “hulle” (vanwaar ook: hul)
Draai het ulleke goed dicht van het confituurpotje.
(schroef het dekseltje goed dicht van het confituurpotje.)
standaardtaal in Belgiƫ
uitzien op, toegang geven tot
de voordeur geeft uit op de straat
antivries
Blauwe en groene antigel mengen is schadelijk voor de joint de culasse!
ad fundum leegdrinken
zie ook: salamander
Hij kan nogal drinken: hij heeft zojuist een halve liter gesalamanderd !
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.