Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
leeuwerik
De zang van de leeuwerik (de leeuwêrke) is een aanhoudende stroom van trillers en jubelende klanken, vaak met nabootsingen daarin verwerkt. Zingt meestal in fladderende, biddende vlucht hoog in de lucht, van zonsopgang tot zonsondergang.
Tekst ontleed uit’ Vogels van Europa’ Lars Jonsson uitg Tirion.
In beschermde gebieden in WVL (elders ook wellicht)krijgen landbouwers een vergoeding voor het niet maaien van hun weiden teneinde de nesten van de leeuwerik niet te beschadigen.
remmen
uitspraak fringen is fring’n
zn. fring (m., -s)
streek Roeselare
In plaats van te fring’n gaf ze gas en heel de garagepoort lag in.
Bij de autokeuring moest je vroeger zelf in de wagen plaatsnemen om de werking van de frings na te zien, nu doen ze het zelf.
het dak van een huis
het houten gedeelte
dakgebint
Morgen beginnen ze aan de kappe, de timmerman heeft het beloofd; hopelijk houdt hij zich aan zijn belofte.
het dak van een huis
het houten gedeelte
dakgebint
Morgen beginnen ze aan de kappe, de timmerman heeft het beloofd; hopelijk houdt hij zich aan zijn belofte.
uit de grond kappen -aardappelen uitkappen
Waar is Kamiel? Hij is eerstelingen gaan uitkappen voor morgennoene.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.