Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
schepnet
ook in Limburg en Vlaams-Brabant
VD2013 online: (gewestelijk)
WNT: Schepzak, schepnet. Gewestelijk in Z.-Ndl. (Tuerl.; Corn.-Vervl.).
De vis zit in de schepzak.
Kleir veu de schepzak en richting geel zijde gij jom zot! (Klaar door de schepzak en richting Geel zijt gij, Antw. Kempen)
zie karuur
Van Dale: carrure
zelfstandig naamwoord; de (v); meervoud: carrures
Frans
(Belgisch-Nederlands, spreektaal) postuur, lichaamsbouw
“Bronnen bij de PS zeggen dat hij een goede kennis heeft van zijn dossiers, maar dat hij de “carrure” mist om het gezicht van Brussel te zijn." (deredactie.be)
zie karuur
Van Dale: carrure
zelfstandig naamwoord; de (v); meervoud: carrures
Frans
(Belgisch-Nederlands, spreektaal) postuur, lichaamsbouw
“Bronnen bij de PS zeggen dat hij een goede kennis heeft van zijn dossiers, maar dat hij de “carrure” mist om het gezicht van Brussel te zijn." (deredactie.be)
uitstraling, prĂ©sence, gestalte (fig.), …
zie ook carrure
Hij is niet groot van gestalte en toch heeft hij karuur zoals hij daar op het podium staat.
Een goede zanger, dat wel, maar geen karuur. Staat daar als een zingende patattenzak.
torso, borstkas, carrure (afstand van schouder tot schouder)
overdrachtelijk: brede lichaamsbouw,
< Frans carrure (idem) < carré (vierkant)
ook figuurlijk gebruikt, zie karuur (afzonderlijk lemma)
IJ eed een breed karuur. (Hij heeft een breed karuur)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.