Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
goor; behorend tot de zelfkant van de maatschappij
zie ook gemaan
- Ik heb gisteren koude spaghetti gegeten en heb mij daarna met een pint voor F.C. De Kampioenen gezet…
- Marginaal!
De leden van de familie Flodder waren marginale personages.
deksel van een pot, of ander recipiënt, ook van een kachel (stoof)
uitspraak: de h wordt niet aangeblazen: ulle
WNT:
Deksel, in West-Vlaanderen. Zie De Bo (1873);
In enkele spreekwijzen.
— Er is geen potje of er past een hulleken op, niemand zoo zonderling, of hij vindt wel iemand, die bij hem past (een vriend, eene vrouw).
— Dat sluit gelijk een hulle op de zee, dat sluit in het geheel niet; dat slaat als een tang op een varken.
zie ook ullegie
Zet d’ulle op de soepketel!
- kolen; zie ook: hoelle, oe(i)le, oelen, hullen
- turf, gedroogd veen dat dient als brandstof
nu nog in de betekenis van kolen voor een kolenkachel, steenkool
Ik zal eens hulle op de hullestoof doen.
iets beu zijn, iets niet graag doen, horen, zien, iets lastig vinden, zich vervelen, de keel uithangen
Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, informeel
Kunnen we nog niet doorgaan? Het hangt hier mijn botten uit.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.