Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
goedzak
ook in de prov. Antwerpen
Da’s ne goeie kloot van ne vent, ons Marie heeft het er nogal mee getroffen.
die (mannelijk)
< “die” met analogische -en-uitgang
alternatieve spellingen: dieje, diejen, dië, diën, diene, dienen
Dieë vent
Dieën ezel
Dieën dag
Dieën boom
Dieën tros
ineenzetten, monteren
op een morgen zegt madam Bourgeois:
“ventze, ’k goa vandeveurnoene noar de Weba achter (achter iets gaan) ’n nieve klierkasse, ’t stoa iene in ’t blaatse, azu van de diee daa ge zelve moet tuupesteke”
“Ventje,ik ga deze voormiddag naar de Weba achter een nieuw kleerkast, het staat in het blaadje, zo een die ge in elkaar moet steken.”
gevonden op http://blog.seniorennet.be/1001_dialect
- een brave, simpele, zelfs naïeve vrouw, steeds bereid om iemand belangeloos bij te staan (klaproos.be)
- truttig meisje
Subbedutte, in ’t Westvlaams: ”eenvoudige brave vrouw die suft en dut, die weinig verstand en behendigheid heeft” (De Bo (1873)).
zie ook subbedees
Zo’n subbedutte gaat nooit aan een vent geraken!
een figuurlijke voorstelling van iemand die klaagt en zaagt,
zie ook kneut, kneuten, ouw kneuten
Wat heeft hij toch last van zijn kneutebollen, zo zagen en klagen dat die vent kan.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.