Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
fiets
ook villo (West-Vlaanderen), vlo (Antwerpen)
< Fr. omgangstaal vélo, verkorting van vélocipède < Lat. velox = snel, en pes, pedis = voet.
De Duitse uitvinding ‘Laufmaschine’ werd in 1818 in Parijs geïntroduceerd als ‘machine dite vélocipède’. (Wikipedia)
Ik heb een nieuwe velo gekocht, maar de ketting valt er steeds af.
herenfiets
uitspraak /joengesvelo/
Vroeger vonden ze het schandalig als een vrouw met een jongensvelo reed.
Maar ne vent mocht wel met ne meskesvelo rijden.
iemand die spot met een ander, een spotzieke man
regio: Waregem
‘k Kan ‘em nie verdroag’n. A zo’n grèttote! Ie zit oaltijd te la’n mee nen ander. (‘Ik kan hem niet uitstaan. Wat een spotzieke vent! Hij zit altijd te spotten met een ander.’) (gavergids.be)
Ne froaie sloestie en ’n vuile grèttote. (Een brave onverzorgde man en een vuile spotzieke man.) (gavergids.be)
iemand die spot met een ander, een spotzieke man
regio: Waregem
‘k Kan ‘em nie verdroag’n. A zo’n grèttote! Ie zit oaltijd te la’n mee nen ander. (‘Ik kan hem niet uitstaan. Wat een spotzieke vent! Hij zit altijd te spotten met een ander.’) (gavergids.be)
Ne froaie sloestie en ’n vuile grèttote. (Een brave onverzorgde man en een vuile spotzieke man.) (gavergids.be)
onbenullig manneke, opscheppertje
De Rik was zo’n strontventje, een groot woord, altijd in ’t gelijk en eigenlijk voor niks goed.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.