Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
droevig, triest
uitspraak: neusselek, korte eu, 2x doffe e
WNT bij noselijk: Middelnederlands noselijc. Van Noozen. Thans niet meer in de algemeen gebruikelijke taal.
— Als de eerste beteekenis van nooselijk kan men aannemen die van schadelijk, nadeelig, en in dien zin is het ook in het Middelnederlands bekend. Doch het beteekent in de middeleeuwen ook reeds: betreurenswaardig, deerniswaardig, jammerlijk, treurig; en in dien zin is het ook later bekend.
’t is nösselijk dat ze op de VRT het woord plezant niet meer mogen gebruiken…
Dieje zooch er neusselijk eut sè (Die zag er slecht uit, zie) (Beese)
droevig, triest
uitspraak: neusselek, korte eu, 2x doffe e
WNT bij noselijk: Middelnederlands noselijc. Van Noozen. Thans niet meer in de algemeen gebruikelijke taal.
— Als de eerste beteekenis van nooselijk kan men aannemen die van schadelijk, nadeelig, en in dien zin is het ook in het Middelnedelands bekend. Doch het beteekent in de middeleeuwen ook reeds: betreurenswaardig, deerniswaardig, jammerlijk, treurig; en in dien zin is het ook later bekend.
’t is nösselijk dat ze op de VRT het woord plezant niet meer mogen gebruiken…
Dieje zooch er neusselijk eut sè (Die zag er slecht uit, zie) (Beese)
een beetje miserabel, onaanzienlijk
(waarschijnlijk verouderd)
misschien een verband met nuus (scheef)
uitspraak /nujeselijk/
Het was een nuselijk manneke, met zijn oud zipke en versleten schoenen.
meelijwekkend, triestig, zielig, pathetisch
uitspraak: nujeselek
zie ook nösselijk
Verouderd in Nederland.
< Middelnederlands noselijc < noozen < Latijn nocere, schaden (WNT)
’t Was een nujeselek menneke zoals em daar stond, met afgezakte kousen en ne snotneus.
“’t Was nooselijk om te zien” Corn.-Vervl. (1899)
schuin
zie ook noes
WNT bij noes: Schuin, scheef. Alleen in zuidelijke gewesten. Behalve noesch geeft Kiliaan (1588) ook nuesch, dat b.v. te Antwerpen de gewone vorm is; bekend is ook noersch, maar de r is allicht niet oorspronkelijk. De etymologie is onbekend.
De cementblokken aan stoepranden zijn tegenwoordig nuus afgewerkt aan garage-opritten en zebrapaden voor kinderwagens en rolstoelen.
Die oprit loopt nuus omhoog tot aan de garage.
“Ga maar nuusch over het veld.” (Cornelissen-Vervliet (1899))
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.