Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
mannelijk lid; ook charel, jos
Van Dale 2014 online: Belgisch-Nederlands, spreektaal
WNT:
Het mannelijk lid, roede. In verschillende streken bekend, b.v. in Antwerpen (Corn.-Vervliet: piet), Vlaand. (De Bo (1873): pijt; Teirl.: pietje)
Mijn piet krimpt helemaal van het koude zwembadwater.
cavia, Guinees biggetje
(zie ook zeerat, steense rat), vgl. Du.: ‘Meerschwein’
Op de kermis stond vroeger een kraam waar ge kont inzetten op “zeevarkskes” (zeivêrkskes), t.t.z. op de nummer van het hokske waarin het beeske zou verdwijnen als het uit zijn kooike werd gelaten.
cavia, Guinees biggetje
ook in Z van O-Vl
< een soort rat die van over zee komt. Analoge redenering als Duits ‘Meerschwein’
ook steense rat, zeevarkske
Als kind had ik een hoop zeeratjes en kon ik er helemaal niet tegen om te horen dat de Inca’s die beestjes hielden om op te eten.
cavia;
ook: ‘steens ratje’
uitspr. in Kempen: ‘stienserat’ of ‘stienesrat’
ook gebruikt in N van O-Vl.; Meetjesland en Waasland
< mogelijkerwijze van ‘Oostinds ratje’ = ‘Oostends ratje’
zie ook: zeerat
Jefke heeft een heel schoon stienserat gekregen.
weduwenaar, manspersoon van wie de vrouw overleden is.
’ne Wevenaar die zijne plan kan trekken met was en plas, dat komt niet veel voor.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.