Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door de Bon

    duvelke
    (het ~, ~s)

    een klein kacheltje dat veel warmte afgeeft; een klein, handig voorwerp dat “duivels” goed presteert

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Klein gietijzeren kacheltje. In Zuid-Nederland (Cornelissen-Vervliet)

    Het duvelke brandde op halve kracht, maar toch was het na een half uur al lekker warm in de blokhut.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 07 Jan 2018 00:00
    0 reactie(s)

    duvelke
    (het ~, ~s)

    een klein kacheltje dat veel warmte afgeeft; een klein, handig voorwerp dat “duivels” goed presteert

    SN: duveltje: klein kacheltje waarop gekookt kan worden

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Klein gietijzeren kacheltje. In Zuid-Nederland (Cornelissen-Vervliet)

    Eisen Ofen

    Het duvelke brandde op halve kracht, maar toch was het na een half uur al lekker warm in de blokhut.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 06 Jan 2018 23:41
    0 reactie(s)

    eindereeks
    (de ~ (v.), ~en; bw.)

    - opruiming, uitverkoop van restanten
    - in prijs verlaagd restant van niet-verkochte goederen uit een winkelvoorraad

    Van Dale 2015 online: einde reeks: Belgisch-Nederlands

    < Frans: fin de série

    Wij hebben onze keuken in eindereeks gekocht, dat scheelde toen een heel pak.

    Die ijskast hebben we voor een prijske kunnen kopen, ze was eindereeks.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 06 Jan 2018 16:42
    1 reactie(s)

    valling
    (de ~ (m.), ~en)

    (In Vl. ) Vrucht die voor den tijd afvalt, „rapeling”. || Valling …. Een appel, eene peer of andere vrucht die van den boom afvalt eer zij haren wasdom heeft, De Bo (1873). Valling, gevallen ooft, Aant. v. Gezelle (Bavikhove, ± 1890). — De koster van Lembeke had veertien vallingen en hij bakte er een tate van, Schuerm. (1870). Als het veel waait, zijn er veel vallingen te rapen, De Bo (1873). Die vallingen zijn beter of die ge groen aftrekt (Nukerke, 1944).

    zie andere betekenis van valling

    Nog in gebruik?
    Ik ken het woord in de betekenis van “verkoudheid”

    Regio Waasland
    Bewerking door de Bon op 06 Jan 2018 16:27
    2 reactie(s)

    valling
    (de ~ (v.), ~en)

    verkoudheid, rhinitis

    WNT: (In het Zuiden) In aansluiting bij vallen — vergelijk zinking — t.w. volgens de oude voorstelling: het vallen van koude of kwade vochten op een zeker gedeelte van het lichaam; gevatte kou, verkoudheid, inz. in het hoofd of op de borst.

    zie ook kopvalling, snotvalling, borstvalling

    kan ook een ‘vastgeroeste valling’ zijn, als ze niet verdwijnt

    Ik heb heel de dag moeten hoesten, ik denk dat ik een valling heb.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door de Bon op 06 Jan 2018 16:26
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.