Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Ik ken de uitdrukking niet, maar Cornelissen geeft voor een draad gaan: ne gang gaan.
Dat kan kloppen voor de voorbeelden, vooral letterlijk bij het tweede. Bij het eerste voorbeeld is ‘een post pakken’ (het rap afbollen) de betekenis, denk ik.
Er stevig van langskrijgen is minder toepasselijk, volgens mij.
Cornelissen:
“Ge zult hem ’nen draad zien spinnen of zien gaan, ge zult hem eenen gang zien gaan.”
Ik heb het ook moeilijk met die aderspat omdat ik het niet gebruik, wel een spatader en ‘spataders hebben’ voor de aandoening.
Volgens Typisch Vlaams is het gewoon synoniem van spatader. Hun voorbeeld is het volgende:
“Ik ken een vrouw van dertig jaar die bij het baren van haar tweede kind bovenaan haar dijen en op haar geslacht dikke blauwe knobbels en aderspatten kreeg.
(Hugo Raes, Een tijdelijk monument)”
Volgens Van Dale 2005:
“aderspat (veroud.) spatader”
fore, in welke streek of stad wordt vossing gebruikt? Heel Vlaanderen is te ruim.
Cornelissen (1936) geeft Mechelen aan:
“vossing, znw., v. – Rammeling (Mechelen)”
Ik heb het ook nooit gehoord. In Nederland zou het accessit zijn.
Etymologisch woordenboek:
“ACCESSIT – (TWEEDE PRIJS)
P.A.F. van Veen en N. van der Sijs (1997), Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden:
accessit (tweede prijs) {1824} < latijn accessit (hij is genaderd, hij is dichtbij gekomen), verkorting van proximus accessit (hij is heel dichtbij gekomen (namelijk bij de eerste prijs)). De vorm accessit is de 3e pers. enk. van de onvolt. verl. tijd van accedere (naderen) (vgl. acces).”
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.