Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
maar in dialecten met slot-n is ’t meh vaste n (ne zwetten), wat mss ooit ook Brabants is geweest (en meervoud/vrouwelijk zonder n: zwette)
uw -n in het meervoud is dus geen aanpassing aan modern noch ouder Brabants
ik denk...
dat ge dees doed als ge de herkomst wil aangeven (dus den huidige vorm sta centraal):
gaë < gaai < gij < gie
en dees als wat der gebeurd is meh den oorspronkelijke vorm centraal sta (bvb in een overzicht van wat der gebeurd is met den Oudnederlandse vorm “gi” in alle dochtertalen):
gie > gij > gaai > gaë
akkoord met verbogen lemma-vorm, maar ni met uw wijziging, tenzij ge ze doorgevoerd hebt met het oog op de AN-grammatica. Een aanpassing aan het Brabants is ze in elk geval ni. Het is toch aanneembaarder dat het Brabants dezelfde verbuiging kende als de dialecten met slot-n, dan dat het zich eerst aanpastte aan het verzonnen AN-systeem (dat toen nog niet bestond :P) en daarna de n apocopeerde
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.