Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
slecht gezind, gehumeurd, …
zie ook slechtgezindheid, goedgezind, gezind
Van Dale: slechtgezind
2. (algemeen Belgisch-Nederlands) slechtgehumeurd
Laat hem maar gerust, hij is slechtgezind van de morgen.
het goedgezind zijn
Na rijp beraad en in een opwelling van goedgezindheid heb ik besloten in te gaan op uw vraag om een ‘Tien Waarheden’-gesprek te voeren. (demorgen.be)
Vele generaties zullen ‘Moenske’ nog kennen met zijn ijskar, toeter en bel en vooral zijn immer goedgezindheid wanneer hij vanaf de eerste lentestralen de straten van Machelen doorkruiste om elkeen te laten genieten van zijn zeer smakelijk ambachtelijk schepijs. (nieuwsblad.be)welgezind, in een goed humeur. Dat is beter dan slechtgezind.
ook pejoratief
Van Dale: goedgezind
2. (algemeen Belgisch-Nederlands) goedgehumeurd
DS2015 standaardtaal
zie ook goedgezindheid
Laat hem maar gerust hij is slechtgezind, je kunt vandaag niets goeds voor hem doen!
Amai, wat zijt ge goedgezind vandaag. Met ’t verkeerde been uit bed gestapt misschien? (pej.)
welgezind, in een goed humeur. Dat is beter dan slechtgezind.
ook pejoratief
Van Dale: goedgezind
2. (algemeen Belgisch-Nederlands) goedgehumeurd
DS2015 standaardtaal
Laat hem maar gerust hij is slechtgezind, je kunt vandaag niets goeds voor hem doen!
Amai, wat zijt ge goedgezind vandaag. Met ’t verkeerde been uit bed gestapt misschien? (pej.)
zin, lust, trek
goesting hebben voor, in, naar, achter iets
DS2015 geen standaardtaal
Dit woord werd door Radio 1 in Vlaanderen verkozen tot mooiste Nederlandstalige woord
Woordenboek de Nederlandsche taal: Modern lemma: goesting
GUSTING; daarnaast ook GOESTE
?Het Fransche woord goût (Oudfrans goust, van Latijn gustus) met het Germaansche achtervoegsel -ing. In Noord-Nederland uitsluitend in enkele zuidelijke tongvallen (gusti of gusting) in Zuid-Nederland in meer algemeen gebruik (De Bo (1873), Schuermans (1865-1870)). Lust, trek, zin, smaak; al naar het verband.
uitdrukkingen:
West-Vlaanderen: goeste, begoest (op), goestendoender,
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.