Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    slechtgezind
    (bn.)

    slecht gezind, gehumeurd, …

    zie ook slechtgezindheid, goedgezind, gezind

    Van Dale: slechtgezind
    2. (algemeen Belgisch-Nederlands) slechtgehumeurd

    Laat hem maar gerust, hij is slechtgezind van de morgen.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 26 May 2019 13:36
    0 reactie(s)

    goedgezindheid
    (zn. o.)

    het goedgezind zijn

    Na rijp beraad en in een opwelling van goedgezindheid heb ik besloten in te gaan op uw vraag om een ‘Tien Waarheden’-gesprek te voeren. (demorgen.be)

    Vele generaties zullen ‘Moenske’ nog kennen met zijn ijskar, toeter en bel en vooral zijn immer goedgezindheid wanneer hij vanaf de eerste lentestralen de straten van Machelen doorkruiste om elkeen te laten genieten van zijn zeer smakelijk ambachtelijk schepijs. (nieuwsblad.be)
    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 26 May 2019 13:35
    0 reactie(s)

    goedgezind
    (bn.)

    welgezind, in een goed humeur. Dat is beter dan slechtgezind.

    ook pejoratief

    Van Dale: goedgezind
    2. (algemeen Belgisch-Nederlands) goedgehumeurd

    DS2015 standaardtaal

    zie ook goedgezindheid

    Laat hem maar gerust hij is slechtgezind, je kunt vandaag niets goeds voor hem doen!

    Amai, wat zijt ge goedgezind vandaag. Met ’t verkeerde been uit bed gestapt misschien? (pej.)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 26 May 2019 13:33
    4 reactie(s)

    goedgezind
    (bn.)

    welgezind, in een goed humeur. Dat is beter dan slechtgezind.

    ook pejoratief

    Van Dale: goedgezind
    2. (algemeen Belgisch-Nederlands) goedgehumeurd

    DS2015 standaardtaal

    Laat hem maar gerust hij is slechtgezind, je kunt vandaag niets goeds voor hem doen!

    Amai, wat zijt ge goedgezind vandaag. Met ’t verkeerde been uit bed gestapt misschien? (pej.)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 26 May 2019 13:31
    4 reactie(s)

    goesting
    (de ~ (v.), ~en)

    zin, lust, trek
    goesting hebben voor, in, naar, achter iets

    DS2015 geen standaardtaal

    Dit woord werd door Radio 1 in Vlaanderen verkozen tot mooiste Nederlandstalige woord

    Woordenboek de Nederlandsche taal: Modern lemma: goesting
    GUSTING; daarnaast ook GOESTE
    ?Het Fransche woord goût (Oudfrans goust, van Latijn gustus) met het Germaansche achtervoegsel -ing. In Noord-Nederland uitsluitend in enkele zuidelijke tongvallen (gusti of gusting) in Zuid-Nederland in meer algemeen gebruik (De Bo (1873), Schuermans (1865-1870)). Lust, trek, zin, smaak; al naar het verband.

    uitdrukkingen:

    West-Vlaanderen: goeste, begoest (op), goestendoender,

    • Ik heb goesting in biefstuk friet.
    • Ik heb goesting om te poepen.
    • Hij ging tegen zijn goesting naar ’t school.
    • 1 van zijn goestingen is uitgebreid gaan eten.
    • Goestingskes kosten geld.
    • Goesting of geen goesting, ge gaat die vuilbak buiten zetten.
    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 26 May 2019 13:29
    27 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.