Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door Georges Grootjans

    kot
    (het ~, ~en)

    hok, kleine ruimte voor opslag, schuurtje, keet
    zie platen kot

    Van Dale 2015: kot: Belgisch-Nederlands, spreektaal berghok, schuurtje

    Klik op de afbeelding
    Schuurtje (Luchtenveld, Drachtstercompagnie)

    zie ook koffiekot, rokerskot

    Mijn tuingerief staat in het kot.

    > andere betekenissen van kot

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jan 2020 12:35
    0 reactie(s)

    kot
    (het ~, ~en)

    hok, kleine ruimte voor opslag, schuurtje, keet
    zie platen kot

    Van Dale 2015: kot: Belgisch-Nederlands, spreektaal berghok, schuurtje

    Klik op de afbeelding
    Schuurtje (Luchtenveld, Drachtstercompagnie)

    zie ook koffiekot

    Mijn tuingerief staat in het kot.

    > andere betekenissen van kot

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jan 2020 12:34
    0 reactie(s)

    koffiekot
    (zn. o.; ~en of ~ten)

    bedrijfskeukentje, plaats waar koffie geschonken/gedronken kan worden, cafetaria;
    wordt ook naar verwezen als een plaats waar informele gesprekken kunnen plaatsvinden

    zie ook kot

    Praat erover in het koffiekot. Er zitten structurele veranderingen aan te komen op je kantoor en dat hoeft niet ongunstig voor jou uit te pakken. (henribaliemagazine.be)

    Als de kinderen daar waren en de verpleging ging zoeken zaten ze in het koffiekot. (facebook)

    We zijn tsjutte gelopen en wippen een koffiekot binnen om even op ons zelven te komen. Lekker paninibroodje en kop ultra straffe koffie. (rudigeryl.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jan 2020 12:33
    0 reactie(s)

    Amerikaander
    (znw. de ~ (m.), ~s)

    Amerikaan

    zie ook Duits, Indisch, Irakees, Iranees, Japanees, Spanjool

    vgl. italiaander

    Waart ge nen Engelsman of nen Amerikaander geweest, ge waart een wereldster. Maar ge waart nen Meetjeslander en schreef liederen in het Vlaams. Een uniek persoon. Ne poƫet. Nen braven djoel. Ne goestendoender. Nen plantrekker. Ne held. (gorki.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jan 2020 12:10
    1 reactie(s)

    italiaander
    (de ~ (m.), -s)

    Italiaan

    (de lange “aa” wordt ook wel uitgesproken als een lange /o/; italjoander)

    vgl. ook amerikaander

    In de zomer lope der hier veul Italjonders rond.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door Georges Grootjans op 29 Jan 2020 12:09
    7 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.